English version

Ambassadeurs van het witte continent

Antarctica | Anno 2018

 

Dinsdag 30 januari | Deception Island – Livingstone Island

Woensdag 31 januari | Straat Drake

Donderdag 1 februari | Beaglekanaal – Ushuaia

 

D:\DataReizen\Pacomaja\Ontwikkeling\57 Antarctica\Bronversies\5705 (jpg) DeceptionUshuaia.jpg

 

 

Dinsdag 30 januari | Deception Island – Livingstone Island

Deception Island – de naam zegt het al – is niet wat het lijkt. Je denkt dat je naar een eiland staat te kijken, maar in feite is het een caldeira vol zeewater. Een ringvormig kratermeer dus, midden in zee, met een doormeter van liefst negen kilometer.

Deception Island – de naam zegt het al – is niet wat het lijkt

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3025x.jpg

Deception Island - Neptune’s Bellows

Dat moet indertijd nogal een explosie geweest zijn, weten we van Aaron, onze Duitse geoloog. Zoals alle Zuidelijke Shetlandeilanden is Deception Island van vulkanische oorsprong. Maar toen deze vulkaan ongeveer tienduizend jaar geleden ontplofte, werd zo’n 32 kubieke kilometer pyroclastisch materiaal de lucht in gekatapulteerd. Voldoende om een kolossale kubus met zijden van meer dan drie kilometer te vullen.

Zoals dat gaat bij vulkanen die exploderen, ontstond er door het verdwijnen van al dat magma een enorme holte in de ondergrond. Het centrale gedeelte van de vulkaan stortte in. Gelukkig maakte de natuur een foutje. De ring is immers niet helemaal gesloten. In het zuidoosten zit er een opening van ongeveer 230 meter waarlangs het zeewater binnenstroomde. Tegenwoordig is het kratermeer 190 m diep.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3044x.jpg

Deception Island – Vulkanische wand van de caldeira

Maar er is meer aan de hand. Want Deception Island is nog steeds actief. Als het op dergelijke caldeira’s achteraf tot uitbarstingen komt, dan gebeurt dat steevast op de rand van de caldeira, weet Aaron, omdat dat de plek is waar de verticale breuklijnen zitten. Twee zulke secundaire kraters zijn Whalers Bay en Telefon Bay, beide op de kraterwand. In 1967 kwamen die volkomen onverwacht tot uitbarsting. Gelukkig kon iedereen zich tijdig uit de voeten maken.

Sedert zijn ontdekking in 1820 is Deception Island een populaire pleisterplek geworden, aanvankelijk voor walvisjagers, later voor cruiseschepen. Want zolang de vulkaan zich koest houdt, zit je binnenin relatief veilig. Het kratermeer kreeg de naam Port Foster. Er werd zelfs een walvisverwerkingsfabriek gebouwd – Whalers Bay. De resten daarvan zijn als historisch monument erkend.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3055y.jpg

Neptune’s Bellows, de Blaasbalg van Neptunus, dankt haar naam aan de stevige wind die haar handelsmerk is

Neptune’s Bellows, zo heet de kloof die ons toegang zal verschaffen tot het kratermeer – de Blaasbalg van Neptunus. Die naam dankt ze aan de stevige wind die haar handelsmerk is. Maar er zit nog een addertje onder het gras – eigenlijk een rotsje onder het water. Want midden in de doorgang, slechts 2,5 meter onder het wateroppervlak verscholen, zit de venijnige Ravn Rock onvoorzichtige schippers op te wachten.

Een bezoekje aan Deception Island is dus niet helemaal zonder gevaar. Dat bewees onder meer de Southern Hunter, een Britse walvisjager, in 1956. En recenter de Nordkapp van het Noorse Hurtigruten, die hier in 2007 aan de grond liep. De 280 passagiers kwamen er zonder kleerscheuren vanaf, maar over hun cruise konden ze een kruis maken.

Voor kapitein Oleg is het dus nog wat meer dan anders opletten geblazen. De doortocht is tegen kwart na zeven in de ochtend aangekondigd. Niemand die dat wil missen, uiteraard. Dus wekt Bettina ons een uurtje vroeger dan gewoonlijk. Met een stevig ontbijt achter de kiezen vatten we ruim voo      r zeven post op de voorsteven. Op de brug is het alle hens aan dek.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3249y.jpg

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\24 Deception Island\Werkmap\ANTA3250x.jpg

Voor kapitein Oleg en zijn bemanning is het nog wat meer dan anders opletten geblazen

Neptunus’ Blaasbalg doet zijn naam alle eer aan. Een sterke wind jaagt over het schip, bijna worden we van onze sokken geblazen. Golven slaan hoog tegen de boeg, zelfs op dek vier wordt iedereen op de voorplecht nat. Het is dicht bewolkt, maar droog en helder. Heel af en toe breekt de zon zelfs door de wolken.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3034x.jpg

Een zwartgeblakerde lavapijp ligt open en bloot aan de buitenkant van de caldeira

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3037x.jpg

Deception Island – Vulkanische wand van de caldeira

Langzaam schuift de wand van de caldeira voorbij terwijl we het kratermeer binnenvaren. Opvallend zijn de scherpe, grillige vormen en de vele kleuren van deze relatief jonge wanden – van okergeel tot roodbruin. Regen, wind en water hebben er al die jaren nauwelijks vat op gekregen. Een zwartgeblakerde lavapijp ligt open en bloot aan de buitenkant. Hier en daar sieren vlekjes witte sneeuw of groen mos het vulkanische gesteente.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3048x.jpg

Deception Island – Vulkanische wand van de caldeira

Luttele minuten slechts duurt het vooraleer we de doortocht veilig en wel achter de rug hebben. Dan opent de caldeira zich in al zijn weidsheid. Langs alle kanten zijn we nu door de donkere kraterwand omringd. Drie‑ tot vijfhonderd meter rijst hij boven ons uit. Meestal zijn de toppen met sneeuw bedekt, op de flanken volgen de sneeuwlagen het streepjesmotief van de erosiegeulen.

Zolang de vulkaan zich koest houdt, zit je binnenin relatief veilig

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3058x.jpg

Deception Island – Port Foster met M/V Ortelius

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\24 Deception Island\Best Of\ANTA3069y.jpg

Deception Island – Port Foster

Rechts daagt Whalers Bay op. In 1912 bouwden de Noren daar de walvisverwerkingsfabriek Ny Sandjeford. Dat zou tijd worden. Want aan boord van fabrieksschepen was men nog steeds niet in staat de botten van een walvis – nochtans goed voor meer dan de helft van de walvisolie – uit te koken. De karkassen liet men hier dan maar op het strand achter. Meer dan drieduizend lagen er daar ondertussen te stinken.

Dat afval opruimen werd de eerste taak van Ny Sandjeford. Alleen al tijdens het seizoen 1912-1913 werden hier vijfduizend walvissen verwerkt. Er zouden er nog vele tienduizenden volgen. Door de gestage opgang van de fabrieksschepen moest Ny Sandjeford echter in 1931 de duimen leggen voor de nieuwe technologie.

Dat een beschutte haven op een unieke, strategische locatie geregeld het voorwerp was van een partijtje armworstelen tussen geïnteresseerde mogendheden laat zich gemakkelijk raden. Vooral Argentinië en het Verenigd Koninkrijk lieten zich niet onbetuigd. De animositeit tussen die twee dateert dus van lang voor de Falklandoorlog in 1982.

Alleen al tijdens het seizoen 1912-1913 werden hier vijfduizend walvissen verwerkt

In 1942 claimden de Argentijnen de caldeira als Argentijns grondgebied. Zoals op Port Lockroy lieten ze in Whalers Bay een koperen cilinder achter met daarin de documenten die hun aanspraken hard maakten. In januari 1943 kwamen de Britten de cilinder oppikken en lieten hem via hun ambassadeur in Buenos Aires aan de rechtmatige eigenaar terugbezorgen. In maart 1943 waren de Argentijnen daar terug, doekten de Britse emblemen op en schilderden de Argentijnse vlag op de gebouwen. In februari 1944 maakten de Britten er dan weer hun permanente Base B van. Kortom, taferelen zoals je op de speelplaats van een lagere school geregeld kan waarnemen.

Tegenwoordig lijken die strubbelingen verleden tijd. Nu zijn het vooral toeristen die Port Foster aandoen. Op het kratermeer is onder andere de M/V Ortelius van Oceanwide Expeditions ons voorgegaan.

Kapitein Oleg daarentegen stevent recht op onze bestemming af, Telefon Bay, helemaal aan de overkant van het meer. Omstreeks kwart na acht komt het bericht dat de landing er zal kunnen doorgaan. Zonnecrème niet vergeten aan te brengen, voegt Bettina er nog gauw aan toe. Want door de dunnere ozonlaag verbrand je hier veel sneller. Gauw nog onze zonnebrillen op zak steken en we zijn weg.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3084x.jpg

Stancomb Cove

Nog eens een half uurtje later zoeven we met de zodiacs over het woelige water. Het is nog steeds bewolkt, maar af en toe weten de zonnestralen zich een weg te banen door het dichte wolkendek. In het ondiepe kustwater van Stancomb Cove is het wat moeilijk landen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3090x.jpg

Beklimming van Telefon Ridge

Ons wacht nu een tocht van ongeveer twee kilometer over Telefon Ridge, de caldeira die in 1967 rond één van de secundaire kraters ontstond. Expeditieleider Jonathan gaat ons voor. Bewust kiest hij bij aanvang meteen voor de steilste stroken om eens goed aan de boom te schudden. Wie niet mee is, adviseert hij om beneden dan maar een wandelingetje aan het strand te gaan maken. Onderweg met opgevers geconfronteerd worden, daar is hij kennelijk niet tuk op.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3116x.jpg

Telefon Ridge

Vrij steil gaat het over de bergkam omhoog. Vulkanische as knispert onder onze laarzen. Kleine rotsblokken liggen verspreid over de kale, bruine hellingen. Niets groeit hier, geen oneffenheid verstoort de natuurlijke geometrie van steengruis dat enkel aan de zwaartekracht onderworpen is.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3115x.jpg

Deception Island – Telefon Bay

Gaandeweg naderen we het hoogste punt, 265 m boven Port Foster. De wind neemt er hand over hand in kracht toe, het is uitkijken dat je niet van de smalle bergkam geblazen wordt. Maar het uitzicht is weergaloos. Het voelt aan alsof hij aan onze voeten ligt, die unieke caldeira. Al is aan de overkant Mount Pond met zijn 540 m nog beduidend hoger dan de plek waar we nu staan. Soms breekt de zon door de wolken. Dan lijkt de Sea Spirit heel even op een rimpelige spiegel van kwikzilver te dobberen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3119x.jpg

Afdaling Telefon Ridge

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3150y.jpg

Heel even lijkt de Sea Spirit op een rimpelige spiegel van kwikzilver te dobberen

De rest van de tocht is een makkie. Een langgerekte afdaling over de ringkrater naar Stancomb Cove wordt het, waarbij we voortdurend aan de neiging moeten weerstaan meer oog te hebben voor het wonderlijke decor dan voor het smalle pad.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3158x.jpg

Telefon Ridge, Port Foster

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3204x.jpg

Afdaling naar Stancomb Cove

In het ondiepe water langs de oever houden zich een paar dozijn kelpmeeuwen op. Slierten oranje en rode kelp liggen er hapklaar op het strand. Toch is er geen rechtstreeks verband. Kelp is niet het favoriete kostje van kelpmeeuwen. Het zijn immers alleseters. Hun voedsel zoeken ze bij voorkeur in kelpwouden, waar het barst van het leven. Daar komt hun naam vandaan.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3209v.jpg

Kelpmeeuw met kuiken

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3214v.jpg

Kelpmeeuw

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3219v.jpg

Kibbelende kelpmeeuwkuikens

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3241v.jpg

Kelpmeeuwen lusten geen kelp

Vier man zijn nodig om in het ondiepe water de zodiac van het strand los te wrikken. Dan gaat het dwars door de caldeira naar de Sea Spirit, tegen de wind in. Het consigne klinkt ons intussen vertrouwd in de oren – met z’n allen dichter bij de buitenboordmotor zitten, zodat de boeg van de zodiac een beetje opveert en vlotter de golven kan tackelen. Plenzend scheert de rubberboot over het woelige water. Slag om slinger jaagt de wind opspattend water als een stroboscopische douche de boot in. Ons deert dat niet, we zijn waterdicht van kop tot teen. Maar onze zonnebrillen, die zullen we voorlopig niet nodig hebben, beseffen we. En in de kajuit zullen we onze spullen best te drogen hangen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3191x.jpg

Telefon Bay

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\25 Telefon Bay\Best Of\ANTA3199x.jpg

In 1923 bereikte het zeewater in Port Foster naar verluidt het kookpunt. Letterlijk

In 1923 bereikte het zeewater in Port Foster naar verluidt het kookpunt. Letterlijk. Schepen zagen de verf van hun romp loskomen van de hitte. Zulke toestanden zijn al bijna een eeuw niet meer waargenomen – op een kleine oprisping in het seizoen 1991-1992 na. Toch is het water in de caldeira nog altijd iets warmer dan elders. Daarom vind je er geen grote dieren.

Voor de geplande Polar Plunge is de watertemperatuur dus ideaal. Maar er is een windsnelheid van 41 knopen gemeten, wat met 76 km/u overeenstemt. De zeestroming is navenant. Te riskant, vinden kapitein Oleg en expeditieleider Jonathan, om in zulke omstandigheden het poolwater in te duiken.

Dus laten we Deception Island achter ons. Omstreeks kwart na twaalf varen we opnieuw door Neptune’s Bellows. De belangstelling voor dat gebeuren is tot nul herleid – iedereen zit in het restaurant.

In open zee neemt de deining meteen toe. De scopolaminepleister mag alweer achter het oor, ook al duurt het nog tot vanavond vooraleer we de vaart naar Ushuaia door de geduchte Straat Drake inzetten.

Nog één landing hebben we voor de boeg, de tiende als we de overnachting aan land niet meerekenen. Wat we nog niet weten, is dat onze laatste landing onze mooiste zal worden.

Wat we nog niet weten, is dat onze laatste landing onze mooiste zal worden

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2601 Strandzichten\Best Of\ANTA3316y.jpg

Livingstone Island – Ontscheping op Hannah Point

Lang duurt het niet vooraleer de Sea Spirit voor Livingston Island voor anker gaat. Eén van de grootste van de Zuidelijke Shetlandeilanden is dit. Met een oppervlakte van bijna 800 km² komt het overeen met één derde van de provincie Limburg.

Op kerstdag 1820 verging hier de Hannah, een Britse robbenjager uit Liverpool. Sindsdien heet de landtong waar dat gebeurde Hannah Point. In vogelvlucht zijn we amper 35 km van Half Moon Island verwijderd, de plek waar het zes dagen geleden voor ons allemaal begon.

Gaandeweg ontvouwt zich een walhalla voor de dierenliefhebber

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2602 Stormbandpinguïns\Best Of\ANTA3275y.jpg

Hannan Point – Kolonie stormbandpinguïns

De zee ligt er rustig bij, er hangt een dichte bewolking, maar het blijft droog. Kwart voor drie gaan we aan wal. Een plekje vinden om te landen blijkt geen probleem te zijn. Maar eens op het strand is het een drukte van je welste. Honderden kwetterende pinguïns bevolken de niet zo welriekende rotsen. Stormbandpinguïns zijn het, dat is al een tijdje geleden dat we die nog bezig zagen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2602 Stormbandpinguïns\Best Of\ANTA3349y.jpg

Stormbandpinguïns met kuikens

Natuurfotograaf John gaat ons voor. Gemakkelijk heeft hij het niet om over de rotsen een traject uit te zetten waar we geen pinguïns storen. Naarmate we boven de rotsen uit klimmen, wordt duidelijk dat deze stormbandpinguïnkolonie niet meer dan een bescheiden voorbode is van wat ons te wachten staat.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2612 Bruine jagers\Best Of\ANTA3673y.jpg

Antarctische jager maakt pinguïns zenuwachtig

Gaandeweg ontvouwt zich een walhalla voor de dierenliefhebber. Duizenden, zo niet tienduizenden ezelspinguïns hebben het sikkelvormige Liverpool Beach ingepalmd. Zo ver we kijken kunnen, wemelt het van de zwart-witte lijven. Een onbeschrijfelijk lawaai maken ze. En heel veel stank.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2606 Reuzenstormvogels\Best Of\ANTA3287x.jpg

Reuzenstormvogel op nest

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2606 Reuzenstormvogels\ANTA3713x.jpg

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2606 Reuzenstormvogels\Best Of\ANTA3309x.jpg

Reuzenstormvogel

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2606 Reuzenstormvogels\Best Of\ANTA3296y.jpg

Reuzenstormvogel

Maar de pinguïns hebben het rijk niet helemaal voor zich alleen. Boven op de kam hebben reuzenstormvogels hun nesten gebouwd. Vol zelfvertrouwen kijken ze over de omgeving uit. Veilig op het nest zitten de jongen, voorlopig nog met een wit verenkleed uitgedost. Vanuit ons kikvorsperspectief zien we hun argeloze kopjes nieuwsgierig boven de rotsen uitsteken. Hun onvolgroeide bek met de afvoerbuisjes voor het zout oogt bleek en broos.

Zuidpoolkippen drentelen tussen de pinguïns. Ze zien er onschuldig uit, maar dat zijn ze niet. Waar ze zich vertonen, worden ze door de pinguïns met wijd opengesperde bek en luid gekrijs verjaagd.

Zelfs feces weten de zuidpoolkippen te smaken. Soms gaan ze zo ver achter een jong pinguïnkuiken post te vatten – in afwachting van

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2609 Zuidpoolkippen\Best Of\ANTA3263x.jpg

Zuidpoolkip

Zuidpoolkippen zijn omnivoor, legt ornitholoog Ab uit. Pure opportunisten eigenlijk, die vrijwel alles eten. Dat pinguïns op hun hoede zijn met zo’n snoodaard in de buurt, hoeft niet te verbazen. Krill en vis van pinguïns roven, of zelfs hun eieren en hun donskuikens, daar draaien zuidpoolkippen hun poot niet voor om. Zelfs feces weten ze te smaken. Soms gaan ze zo ver rustig achter een jong pinguïnkuiken post te vatten – in afwachting van. Want een warme maaltijd geniet nog altijd de voorkeur, grijnst Ab.

Wereldwijd schat men het aantal zuidpoolkippen op tienduizend paren. Veel is dat niet. Overwinteren doen ze in Patagonië, Vuurland en de Falklandeilanden. Een afstand van 800 km overbruggen ze dan, over zee nog wel – niet slecht voor een kip. Maar het blijven opportunisten. Want Ab ziet ze weleens gratis meeliften op het schip.

Insecten voor de bestuiving zijn er niet op Antarctica. Toch doet de Antarctische smele het hier goed

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2603 Ezelspinguïns\Best Of\ANTA3622x.jpg

Ezelspinguïn, Antarctische smele

Kleine graszoden doen het tegen de helling blijkbaar vrij goed. Antarctische smele is dat, een taaie, bloeiende grassoort. Maar insecten voor de bestuiving zijn er niet op Antarctica, voegt Ab eraan toe. Dus zit er voor de plant niets anders op dan zich via afleggen voort te planten. Bij die vorm van ongeslachtelijke voortplanting raken de grasstengels de grond, graven zich in en vormen aldus wortels voor een nieuwe plant.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2603 Ezelspinguïns\ANTA3445v.jpg

Ezelspinguïn keert terug van de jacht

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2604 Ezelspinguïn met kuikens\ANTA3561v.jpg

Ezelspinguïn met kuiken op nest van kiezeltjes

Slechts één procent van Antarctica is voor zulke plantengroei geschikt. Je vindt ze nergens anders dan op de Zuidelijke Shetlandeilanden en op het noordelijk deel van het Antarctisch Schiereiland. Op het schiereiland is de Antarctische smele zelfs in opmars – met dank aan de opwarming van de aarde.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2604 Ezelspinguïn met kuikens\Best Of\ANTA3587x.jpg

Kuikens op nest

Al zijn het bouwsels van losse steentjes, de ezelspinguïns weten fraaie nesten te maken. Sommige jongen zijn aan het ruien. Die zijn dus al bijna klaar voor het winterseizoen. Maar met hun mix van dons en prille veren zullen ze nergens schoonheidsprijzen wegkapen.

Met hun mix van dons en prille veren zullen de jonge ezelspinguïns nergens schoonheidsprijzen wegkapen

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2603 Ezelspinguïns\Best Of\ANTA3616v.jpg

Ruiende ezelspinguïn

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2603 Ezelspinguïns\Best Of\ANTA3632x.jpg

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2603 Ezelspinguïns\Best Of\ANTA3634x.jpg

Krijsende ezelspinguïn

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2603 Ezelspinguïns\Best Of\ANTA3450x.jpg

Ezelspinguïn, stormbandpinguïn

Al meer dan zestig miljoen jaar tref je pinguïns op deze planeet aan, vertelt John ons. Van net na het uitsterven van de meeste dinosauriërs dus. En hij kan het weten, want in 2017 werd een fossiel van een pinguïn uit zijn vaderland Nieuw-Zeeland op een ouderdom van 55 tot 65 miljoen jaar oud getaxeerd. Het bleek om een reuzepinguïn te gaan, 1,65 m groot en 100 kg zwaar – heel wat groter en zwaarder dus dan de moderne keizerspinguïn. De uitgestorven pinguïn heeft de naam kumimanu gekregen, wat in de taal van de Maori monstervogel betekent.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\Best Of\ANTA3372y.jpg

Liverpool Beach – Pinguïnkolonie, zeeolifanten

Dan valt ons te midden van de pinguïnkolonie een amorfe, bruingele massa op. De ezelspinguïns lopen er respectvol met een boogje omheen. Zeeolifanten zijn dat, de kolossen liggen daar met vele tientallen te suffen. Opvallend zijn hun korte zijvinnen die lijken uit te monden in vijf lange vingers met heuse vingernagels.

Tot anderhalve kilometer diep gaan ze naar voedsel op zoek en blijven dan gemakkelijk honderd minuten onder water

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\Best Of\ANTA3635y.jpg

Zeeolifanten

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\Best Of\ANTA3460y.jpg

 

Meer dan tachtig procent van het leven van zeeolifanten speelt zich onder water af. Daar zijn deze zoogdieren uitstekend voor uitgerust. Een enorme laag blubber beschermt hen tegen het extreem koude water. Tot anderhalve kilometer diep gaan ze naar voedsel op zoek en blijven dan gemakkelijk honderd minuten onder water. Roggen, inktvissen, octopussen en zelfs grote vissen en kleine haaien kijken maar beter uit als er zeeolifanten in de buurt zijn.

Roggen, inktvissen, octopussen en zelfs grote vissen en kleine haaien kijken maar beter uit als er zeeolifanten in de buurt zijn

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\Best Of\ANTA3409x.jpg

Zeeolifanten

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\ANTA3422x.jpg

 

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\Best Of\ANTA3723s.jpg

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\ANTA3467s.jpg

Zeeolifanten

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\ANTA3369x.jpg

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\ANTA3418x.jpg

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2607 Zeeolifanten\Best Of\ANTA3463y.jpg

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2601 Strandzichten\Best Of\ANTA3498y.jpg

Hannah Point

Maar nu hebben ze rust nodig. Want hun buitenste huidlagen zijn in grote stukken aan het loskomen. Bloedvaten die door de dikke laag blubber heen reiken, zullen een nieuwe huid tot leven wekken. Maar dat vergt een pak energie. Bovendien zijn ze tijdens de rui erg gevoelig voor kou. Niets beter dus dan een veilig plekje aan land om te rusten terwijl de natuur haar werk doet.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2601 Strandzichten\Best Of\ANTA3489x.jpg

Liverpool Beach, Ustra Peak

Over de hellingen van vulkanische as lopen we verder het strand af, parallel met de kustlijn. Aan onze rechterkant rijst de eerder bescheiden Ustra Peak net geen tweehonderd meter boven het zeewater uit.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2611 Keizeraalscholvers\Best Of\ANTA3441y.jpg

Keizeraalscholver

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2610 Kelpmeeuwen\Best Of\ANTA3363y.jpg

Kelpmeeuw

Geregeld zien we een pinguïn achter een andere aan hollen. Een koddig spektakel, want de achtervolgde lijkt door een lichte paniek bevangen te zijn, terwijl de achtervolger van geen ophouden weet. Vaak rennen ze zo met z’n tweetjes tientallen meters ver, dwars door de kolonie.

Opgroeiende kuikens zijn nu eenmaal assertief en eisen zonder veel omhaal hun rechtmatig deel op. En een beetje snel graag

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2605 Ezelspinguïn voedert kuiken\ANTA3481x.jpg

Ezelspinguïnkuiken achtervolgt ouder

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2605 Ezelspinguïn voedert kuiken\16u09\ANTA3510x.jpg

Kuiken voederen

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2605 Ezelspinguïn voedert kuiken\16u09\ANTA3535v.jpg

Half verteerd voedsel ophoesten…

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\26 Hannah Point\2605 Ezelspinguïn voedert kuiken\16u09\ANTA3534v.jpg

…en aan kuiken doorgeven

Een typische scène uit het leven van een pinguïngezinnetje met opgroeiende kuikens is dat. Her en der kan je zien hoe pinguïnouders hun jongen voederen. De ouder geeft het deels verteerde voedsel vanuit zijn maag op, het kuiken pikt het slijmerige goedje uit de wijd geopende bek van de ouder.

In een traditioneel pinguïngezinnetje zijn de kuikens echter met twee. Amper is het eerste kuiken verzadigd, of het tweede staat klaar om te schrokken. Opgroeiende kuikens zijn nu eenmaal assertief en eisen zonder veel omhaal hun rechtmatig deel op. En een beetje snel graag.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2605 Ezelspinguïn voedert kuiken\Best Of\ANTA3514x.jpg

Dat heeft vast gesmaakt…

Dat tempo kan de ouder vaak niet aan. Voedsel ophoesten, dat vergt tijd. Maar zo heeft het kuiken het niet begrepen. Voor de ouder zit er niets anders op dan het op een lopen te zetten, achternagezeten door het hongerige kuiken. Nauwgezette observatie leert ons dat uiteindelijk elk kuiken aan zijn trekken komt.

Ook wij zijn aan onze trekken gekomen. Met milde aandrang maant Ab ons onverbiddelijk terug de zodiac in. Als allerlaatsten laten we het paradijselijke strand achter ons. Om vijf uur is iedereen terug aan boord van de Sea Spirit.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\26 Hannah Point\2612 Zodiac\Best Of\ANTA3730x.jpg

Laarzen kuisen, Hannah Point verlaten

Een half uurtje later staat de Polar Plunge dan toch op het programma. Dertien gegadigden worden tot het exploot toegelaten. Wie een gezondheidsrisico vertoont, wordt geweerd. Dertien keer weerklinkt onder luid gejoel een ijzige plons. Met een touw rond het middel kunnen de vermetele duikers zo nodig terug binnengehaald worden, mocht er iets fout lopen. Een tweede zodiac dobbert veiligheidshalve binnen handbereik. Maar de stunt verloopt vlekkeloos. Luttele minuten later kan je de dertien ijsberen in de jacuzzi op dek 4 aantreffen. Allen daarheen voor een groepsfoto.

Het einde van een fantastische ervaring is dit. Dat verdient iets feestelijks. Met enige verbazing stellen we vast dat chef-kok Francis het klaarspeelt om na acht dagen op zee een heerlijk verse sushi en sashimi te serveren. Scheurbuik, dat zal ons hier beslist niet overkomen. Adrien de Gerlache moest het eens weten.

Kapitein Oleg heeft ondertussen de terugreis ingezet. Wat de Straat Drake betreft, hebben we niet veel te duchten, sust Jonathan ons. Waar we tijdens de heenreis met golven tot zes meter hoog geconfronteerd werden, zal zich dat morgen tot golven van twee tot drie meter beperken, met occasioneel pieken van vier meter.

Top

Woensdag 31 januari | Straat Drake

Zeevogels dagen mondjesmaat op om ons gezelschap te houden. Een stralende zon heerst onaantastbaar boven de rustige, blauwe zee. Toch is een lichte deining tastbaar aanwezig. Landrotten zoals wij ontkomen daar niet aan.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\27 Straat Drake\Werkmap\ANTA3856x.jpg

Straat Drake

Een dag van luieren en van nagenieten wordt het. Een dag van lezingen in de lounge ook. Over de historische expeditie van Adrien de Gerlache bijvoorbeeld, door diens officiële biograaf Jozef. Maar die zet ons meteen op het verkeerde been. Niet Adrien de Gerlache was de eerste Belg die ver in de Antarctische wateren doordrong, wel een zekere Dirck Gerritszoon. Al moeten we het begrip Belg in deze context nogal ruim interpreteren, want België bestond in 1598 niet eens. En de man zelf zouden we tegenwoordig een Nederlander noemen, want hij was uit Enkhuizen aan het IJsselmeer afkomstig. Het waren zijn rijke financiers die voor de Belgische connectie zorgden. Want dat waren Antwerpenaren die zich op de vlucht voor Alva in Rotterdam gevestigd hadden.

Daar zou hij “hooch Berchachtich Landt, vol Sneeuw, als het Landt van Noorweghen, heel wit bedeckt“ gezien hebben

De ontdekking van Antarctica bekostigen, dat was helemaal niet de bedoeling van die rijke financiers. Het handelstraject naar Indië via de Straat Magellaan verkennen, daarvoor dokten ze hun centen af. Maar door tegenspoed liep het anders af. Dirck Gerritszoon zag zijn schip in 1599 ver naar het zuiden afdrijven. Daar zou hij “hooch Berchachtich Landt, vol Sneeuw, als het Landt van Noorweghen, heel wit bedeckt“ gezien hebben – vermoedelijk één van de Zuidelijke Shetlandeilanden.

Helemaal onbetwist is deze waarneming niet, wetenschappelijk onderzoek zou meer klaarheid moeten brengen. Maar als ze bewaarheid zou worden, staan zowel von Bellingshausen, als Bransfield en Palmer voor paal – hun ontdekkingen dateren pas van 1820, meer dan twee eeuwen later.

Terug naar Adrien de Gerlache. Het gezelschap dat hij in 1897 voor zijn Antarctica-expeditie met de Belgica had weten te rekruteren, telde mannen van liefst zes nationaliteiten. Daaronder kleppers zoals de Noor Roald Amundsen, de latere ontdekker van de zuidpool, en de Amerikaan Frederick Cook, wellicht de ontdekker van de noordpool.

De Rosszee en Victorialand verkennen, helemaal aan de andere kant van Antarctica, dat was oorspronkelijk de bedoeling. Maar het zou anders uitdraaien. In Vuurland liepen ze de ene vertraging na de andere op. Geregeld liep het schip vast, vier matrozen moesten wegens insubordinatie ontslagen worden, de wetenschappers aan boord wilden steeds opnieuw aan land gaan, enthousiast als ze waren over de onbekende fauna en flora die ze onder ogen kregen. Zelfs een genereuze schenking van 120 ton steenkool door de Argentijnse overheid stak stokken in de wielen. Het was een gebaar dat ze bezwaarlijk konden afslaan, maar de effectieve levering liet veel te lang op zich wachten.

Uiteindelijk zat er niets anders op dan de bestemming van de expeditie aan te passen. Ze zouden zich op het Antarctisch Schiereiland richten. En ook dat ging niet zonder slag of stoot. Een storm op Straat Drake werd matroos Wiencke fataal. Op 22 januari 1898 werd hij overboord geslagen. Achteraf heeft Adrien de Gerlache het eiland waar zich tegenwoordig Port Lockroy bevindt, Wiencke Island genoemd.

Steeds verder zuidwaarts waagden ze zich, via een brede waterweg die ze de Belgicastraat noemden, maar die achteraf de Gerlachestraat ging heten. Toen een storm op 28 februari het pakijs uiteendreef, greep de Gerlache wat hij als een buitenkans zag en waagde zich 167 km diep het pakijs in. Dat ze op 20 maart 1898 vast kwamen te zitten, kan onmogelijk als een verrassing overgekomen zijn. Daar getuigt het verzet van de wetenschappers van, die vreesden het avontuur niet te overleven en er vooral over bekommerd waren dat hun ontdekkingen verloren zouden gaan. Maar de Gerlache hield voet bij stuk. Zijn expeditie werd de eerste die binnen de poolcirkel overwinterde.

de Gerlache hield voet bij stuk. Zijn expeditie werd de eerste die binnen de poolcirkel overwinterde

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\01 Ushuaia\Best Of\ANTA0063y.jpg

Overwintering van de Belgica (1898)

Op 15 mei trad de poolnacht in. Zesenzestig dagen lang bleef het volledig duister. Ondertussen weten we dat Émile Danco de zon niet meer zou zien opkomen. Op 5 juni werd zijn hartkwaal hem fataal. Achteraf heeft Adrien de Gerlache driehonderd kilometer kust langs het Antarctisch Schiereiland Dancokust genoemd.

Overwinteren op Antarctica, een walk in the park is het niet. Zeker niet in die tijd. Ziektes vormden een steeds weerkerend probleem. Het gebruikelijk rantsoen van ingeblikt voedsel had Frederick Cook, de medicus aan boord, met vers vlees van pinguïns en zeehonden weten aan te vullen. Maar niemand lustte dat. Pas toen scheurbuik de kop opstak, kwam het verse vlees in trek. Ook de vochtigheid speelde hen parten – hun adem bevroor aan het plafond, smolt en druppelde naar beneden.

Cook paste zelfs een vorm van lichttherapie toe. Niemand deed hem dat ooit voor, maar hij boekte wel resultaten

De conditie een beetje in stand houden was nog zo’n probleem. Speciaal daarvoor liet Cook een pad rond de boot aanleggen. Dagelijks moest elk bemanningslid daar minstens een half uur rondjes draaien – de madhouse walk gingen ze die vertoning al spoedig noemen.

In zijn strijd tegen wat we tegenwoordig SAD noemen, Seasonal Affective Disorder, een soort winterdepressie veroorzaakt door de afwezigheid van licht, paste Cook zelfs een vorm van lichttherapie avant la lettre toe – hij liet de mannen met naakt bovenlichaam voor een open, gloeiende kachel zitten. Niemand deed hem dat ooit voor, maar hij boekte wel resultaten.

Constant was er de vrees dat de vastgevroren Belgica door het ijs verpletterd zou worden, dat de drift van het pakijs hen dichter naar de zuidpool zou voeren, dat ijsbergen hun richting uit zouden komen. Uiteindelijk zou het schip, surfend op het pakijs, zo maar even duizend kilometer afleggen – van 80° WL tot 100° WL tussen de 70e en de 72e breedtegraad.

Dat alles belette hen niet hun wetenschappelijke metingen meticuleus voort te zetten. Beroemd is bijvoorbeeld de foto die Cook tijdens de lange poolnacht van het machteloze schip maakte. Tijdens de poolnacht, inderdaad, met een belichtingstijd van 90 minuten bij maanlicht.

Nu is de beproeving bijna voorbij, zou je denken. Niks daarvan. Een half jaar later zaten ze nog steeds muurvast

Op 23 juli was het eindelijk zover. De zon kwam weer boven de horizon tevoorschijn, elke dag een beetje hoger. Nu is de beproeving bijna voorbij, zou je denken. Niks daarvan. Een half jaar later, in januari 1899, zaten ze nog steeds muurvast in een laag ijs van 2,6 m dik.

Besloten werd het ondoenbare te doen. Een eind verderop – 675 m om precies te zijn – lag een open waterpartij. Als ze die konden bereiken, zouden ze via enkele spleten verder noordwaarts kunnen doordringen. Dus togen ze aan de slag met houwelen, schoppen, berghouwelen, beitels en ijszagen om een kanaal te graven. Op 15 februari was het huzarenstukje voltooid. De Belgica kon zich vrij maken en bereikte op 14 maart 1899 de open zee. Op 5 november waren ze terug in Antwerpen.

De resultaten van de expeditie staan buiten kijf. Ze hebben honderden kilometers kust, vele inhammen en eilanden in kaart gebracht. Ze hebben de eerste landfauna ontdekt, waaronder de fameuze Belgica Antarctica, een vleugelloos insect dat endemisch is voor het continent. Ze hebben een eerste grondige studie van de plaatselijke flora doorgevoerd.

Land opeisen en vlaggen planten, dat was hun ding niet – zeer tot ontgoocheling van Cook overigens

Waar ze totaal geen belangstelling voor hadden, waren territoriale aanspraken. Land opeisen en vlaggen planten, dat was hun ding niet – zeer tot ontgoocheling van Cook overigens. Naarmate naties zoals Groot-Brittannië, Nieuw-Zeeland, Frankrijk, Australië, Noorwegen, Chili en Argentinië wél delen van Antarctica gingen claimen, groeide achteraf in België een gelijkaardige belangstelling. Uiteindelijk stond alles in de steigers om de Belgische soevereiniteit op te eisen over de gebieden die door de Gerlache in kaart gebracht waren. Maar de tweede wereldoorlog kwam roet in het eten gooien. Sedertdien houdt België zijn claim open, zoals de Verenigde Staten en de toenmalige Sovjet-Unie dat ook deden.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\27 Straat Drake\Best Of\ANTA3779y.jpg

Zuidelijke reuzenstormvogel

Zo’n prestatie als die van Adrien de Gerlache, daar moest wel een sequel van komen. Precies 110 jaar later nam Dixie Dansercoer dat voor zijn rekening. Op 16 september 2007 vertrokken ze in Nieuwpoort met de Euronav Belgica, een zeilboot van vijftien meter met zeven man aan boord – vier Belgen, een Bulgaar, een Zwitser en een Amerikaan. Ze zouden er 69 dagen over doen om Antarctica te bereiken, waarvan zes op Straat Drake.

In de film In the wake of the Belgica vertelt Dixie ons over deze epische tocht. Niet zomaar een avontuurlijke reis was het, het exploot werd uitdrukkelijk in het teken van het Internationaal Pooljaar 2007/2008 en de impact van het klimaat op het fragiele Antarctica geplaatst. Elk van de twintig landingen van de Gerlache werd nauwgezet overgedaan. Telkens werden exact dezelfde foto’s genomen als Cook indertijd deed. Je kan ze naast elkaar leggen en met eigen ogen de evolutie vaststellen – de gelijkenis is soms verbazend. Maar waarom de Gerlache indertijd uitgerekend die landingsplekken uitkoos, daar heeft Dixie het raden naar.

Al liep het bijna faliekant af, want ook de Euronav Belgica voer in het pakijs vast. Even zag het er naar uit dat ze Adrien de Gerlache zelfs in zijn overwintering zouden navolgen. Maar hulp inroepen, dat stond niet in hun woordenboek. Eén dag slechts duurde de beproeving, geen 332 dagen zoals indertijd. Een storm stak op en dreef het pakijs uiteen.

Dat Dixie hiermee niet aan zijn proefstuk was, is bekend. Vraag je hem naar zijn geaardheid, dan out hij zich als bipolair – met iets meer voorkeur voor de noordpool dan voor de zuidpool. De dynamiek van het landschap zit daar voor iets tussen, de variatie van het licht en, welja, het gevaar. Want plots met een ijsbeer geconfronteerd worden, het is niet niks.

Niet alleen subjectief gezien zijn de verschillen tussen Arctica en Antarctica zeer groot. Tegenover een ijslaag van twee tot drie meter dik boven een oceaan die soms vier kilometer diep reikt in het noorden, heb je in het zuiden een ijslaag van vier kilometer dik op het vasteland. In het noorden vertoef je in een zeer vochtig en overwegend zout milieu, met dieren die je tot aan de pool kan aantreffen. In het zuiden daarentegen heb je een kurkdroge, eerder zoete omgeving met dieren die zich uitsluitend aan de rand van het continent ophouden. In het noordpoolgebied word je met permanente menselijke bewoning geconfronteerd, in het zuidpoolgebied is het een komen en gaan van wetenschappers en ontdekkingsreizigers. En toeristen.

Avontuur bestaat niet, slechte voorbereiding wel. Zo dacht althans Roald Amundsen erover

Avontuur bestaat niet, slechte voorbereiding wel. Zo dacht althans Roald Amundsen erover. Voor moderne poolreizigers is dat nog steeds het adagium. Besparen op gewicht is voor Dixie een ware obsessie geworden. Zelfs van theezakjes verwijdert hij de labeltjes, de touwtjes en de nietjes. En dan nog had hij bij het begin van zijn tocht van drie maanden dwars door Antarctica een slede van 184 kg mee. Uiteindelijk zou daar 85 kg van overblijven, slede van 14 kg inbegrepen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\27 Straat Drake\Best Of\ANTA3881x.jpg

Wenkbrauwalbatros

Per dag voorziet hij in één kilogram voedsel. Gevriesdroogd, wel te verstaan, want dat biedt enorme voordelen. Het neemt minder volume en minder gewicht in, het is langer houdbaar en – niet te versmaden – de smaak blijft beter bewaard. Ontbijt, lunch en avondmaal verlopen dus volgens een vast patroon, te beginnen met het oplossen van een voedselpakket in sneeuwwater.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\27 Straat Drake\Best Of\ANTA3873x.jpg

Wenkbrauwalbatrossen

Waar de eerste poolreizigers zich moeizaam over de ijsvlakten voortbewogen, heeft de introductie van het snowkiten – over sneeuw en ijs achter een vlieger aan surfen – een ware revolutie teweeggebracht. Als het even meezat, slaagden ze er in om, gedreven door de Antarctische winden, op één dag afstanden van 400 tot 500 km af te leggen.

Als het even meezat, slaagden ze er in om op één dag afstanden van 400 tot 500 km af te leggen

Navigeren – nog zo’n akkefietje. Hoe begin je daaraan, als je weet dat de magnetische zuidpool ruim 2 800 km van de geografische zuidpool verwijderd is? En dat je met een kompas op Antarctica dus niets kan aanvangen? Je richt je op de zon, op de wind en op… de sastrugi’s, de ruige, getande ijsstructuren die door de wind uitgesleten zijn. Als je de structuur van een sastrugi kan lezen, dan weet je uit welke richting op die plek de overheersende wind waait, besluit Dixie. Zo eenvoudig is dat.

Op het buitendek van de Sea Spirit blijkt het firmament nog steeds onveranderlijk blauw te zijn. De kalme, diepblauwe zee fonkelt onder de zonnestralen. Zeevogels volgen het schip in zijn spoor van opspattend schuim. We herkennen wenkbrauwalbatrossen en reuzenstormvogels. Maar ook een Antarctische prion en een Kaapse duif laten zich opmerken. Vreemd genoeg waren die vogels ons vorige week ontgaan.

Moeilijk te herkennen zijn ze nochtans niet, de Antarctische prions, met een donkere letter M die op hun rug en vleugels geairbrusht lijkt te zijn. Hun aantal wordt op 50 miljoen geschat. Met uitsterven zijn deze kleine stormvogels voorlopig dus nog niet bedreigd. Ze voeden zich graag met zoöplankton zoals eenoogkreeftjes en krill, dat ze met hun bek uit het water zeven. Voelen ze zich belaagd, dan aarzelen ze niet om een deel van hun maaginhoud over de aanrander te spuiten.

Voelen ze zich belaagd, dan aarzelen ze niet om een deel van hun maaginhoud over de aanrander te spuiten

Datzelfde geldt voor de Kaapse duif, ook al een stormvogel, maar dan iets groter. Een heel mooi zwart en wit gespikkeld verenkleed heeft hij, vandaar zijn Spaanse naam pintadogeschilderd. Normaal mag je er met een Kaapse duif in de buurt van uitgaan dat land nabij is, maar dat is nu nog niet geval. Hun grootste vijand is de bruine jager, die het zowel op kuikens als op volgroeide vogels gemunt heeft.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\27 Straat Drake\Best Of\ANTA3880x.jpg

Wenkbrauwalbatros

Terug in de lounge. Slava, onze Russische natuurgids, brengt het verhaal van de Noor Roald Amundsen. Van jongs af aan bleek hij van poolreizen bezeten te zijn. Zijn eerste ervaringen deed hij in de walvisvaart op. Maar het was vooral de kennis die hij als 25-jarige bij Adrien de Gerlache op de Belgica verwierf, die achteraf van onschatbare waarde bleek te zijn. Voortdurend was Amundsen tijdens die lange overwintering in de weer met experimenten inzake voedsel, kleding, ski’s, tenten, sleden… noem maar op.

Alsof die ervaring niet volstond, ging Amundsen daarna nog tweemaal overwinteren, in 1903 en 1907. Maar dan nam hij zelf het heft in handen. Als eerste mens op de noordpool staan, dat was zijn plan. En dat viel meteen in duigen. Frederick Cook en Robert Peary waren hem voor geweest, respectievelijk in 1908 en 1909 – al hebben ze achteraf hun claims nooit met absolute zekerheid kunnen hard maken.

Als eerste mens op de noordpool staan, dat was zijn plan. En dat viel meteen in duigen

Aan boord van de Fram, op weg naar de noordpool, vertelde Amundsen zijn bemanning dan maar doodleuk dat ze eigenlijk naar de zuidpool stevenden. Wat naar verluidt spontaan op enthousiasme onthaald werd, want een tocht over Antarctica achten ze veel minder saai.

Op 14 januari 1911 landden ze op de Bay of Whales, nabij Roosevelt Island aan de rand van het Ross-ijsplateau, ten zuiden van Nieuw-Zeeland. Daar bouwden ze hun basis Framheim om te overwinteren. Grotendeels onder de sneeuw, om het gebruik van materiaal zoveel mogelijk te beperken.

Honderd sledehonden hadden ze mee. Die kregen zeehondenvlees te eten. Maar zelf aten ze daar ook van. Gaandeweg legden ze een voorraad van vijf ton vlees aan en installeerden die op tussenliggende depots op weg naar de geografische zuidpool.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\27 Straat Drake\Best Of\ANTA3793y.jpg

Kaapse duif

Ondertussen bleek ook de Brit Robert Scott naar de zuidpool op weg te zijn, vult Philippe het verhaal van Slava aan. Philippe weet waarover hij spreekt – in 2007 was hij bij de bouw van het Prinses Elisabethstation betrokken. In 1901 had Scott al eens een worp naar eeuwige roem gedaan door te pogen als eerste de zuidpool te bereiken. Zijn basiskamp bevond zich toen op Hut Point, een schiereiland van Ross Island, ook al aan de rand van het Ross-ijsplateau. Maar zijn onderneming gaf meer blijk van enthousiasme dan van grondige voorbereiding. Op 82° zuiderbreedte, met nog 850 km voor de boeg, moest hij de strijd staken. Noodgedwongen keerde hij naar Hut Point terug.

Overigens vond de Britse Royal Geographic Society de Antarctica-obsessie van Scott maar niks. Economische meerwaarde viel er op de zuidpool immers niet te rapen. Dan zou het ook zonde zijn geld te spenderen aan zulke frivole expedities. Scott moest zijn sponsors elders zoeken.

In 1911 draaide het dus op een race uit – Amundsen versus Scott. Weer had Scott op Ross Island overwinterd, maar ditmaal op Kaap Evans, aan de voet van Mount Erebus, de grootste en actiefste vulkaan van Antarctica. Beide teams moesten door het trans-Antarctisch gebergte trekken. Daar zouden ze tot 3 200 m hoog moeten klimmen.

Op 8 september ondernam Amundsen zijn eerste poging om te vertrekken. Maar dat was te hoog gegrepen. Met een temperatuur van min 50 °C was het nog steeds veel te koud. Een tweede poging op 19 oktober had meer succes. Met vier sleden en 52 honden trokken ze er op uit. Elke slede had een lading van 75 kg aan boord.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\27 Straat Drake\Best Of\ANTA3802y.jpg

Zuidelijke koningsalbatros

Scott daarentegen moest tot 1 november wachten. Dat had met zijn pony’s te maken. Liever dan uitsluitend honden in te zetten, had hij jakoeten laten kopen. Maar zelfs voor deze Siberische pony’s was het aanvankelijk nog te koud om te vertrekken.

Onderweg hadden ze telkens de zwakste hond afgemaakt en aan de andere honden te eten gegeven

Daarnaast zette Scott drie motorsledes op rupsbanden in. Ook dat werd geen onverdeeld succes, omdat de voertuigen door pannes geteisterd werden en Scott in extremis de technicus uit zijn team gegooid had.

Op 14 december 1911 bereikte Amundsen in het gezelschap van 4 teamgenoten en 16 honden de zuidpool. Onderweg hadden ze telkens de zwakste hond afgemaakt en aan de andere honden te eten gegeven. Op 25 januari 1912 keerden ze veilig en wel op de basis in Framheim terug, met nog 11 honden.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\27 Straat Drake\Best Of\ANTA3813y.jpg

Kaapse duif

Slechter verging het Scott. Vanaf 1 januari 1912 trok hij met een beperkt team van vier man verder. Aanvankelijk zag het er goed uit met de weersomstandigheden. Op 17 januari 1912 bereikten ze de zuidpool. Om daar vast te stellen dat Amundsen hen te vlug af geweest was – 34 dagen voordien had hij er zijn vlag geplant en een berichtje achtergelaten.

Alsof dat niet volstond, kregen ze bij de terugkeer met slecht weer af te rekenen. Een sneeuwstorm dwong hen negen dagen lang in hun tentje te antichambreren.

Maar ook de gebrekkige voorbereiding speelde hun parten. De tijdelijke depots waren soms moeilijk terug te vinden omdat ze slecht gemarkeerd waren. Uit sommige vaten bleek een deel van de brandstof door de zonnewarmte verdampt te zijn – een verschijnsel dat Amundsen bekend was, daarom liet hij zijn vaten dicht solderen. Voedsel ontdooien werd dus steeds lastiger. Bovendien bleek dat voedsel onvoldoende vitamines B en C te bevatten, waardoor hun krachten nog sneller afnamen. En niet onbelangrijk, de voedselvoorraad was op vier man berekend, terwijl in extremis een vijfde man toegevoegd werd.

Ze stierven de hongerdood op amper 18 km van One Ton Depot, een omvangrijke voedselvoorraad

Uiteindelijk slaagde het team er niet in het laatste depot te bereiken. Drie overlevenden waren er nog, ze stierven de hongerdood op amper 18 km van One Ton Depot, een omvangrijke voedselvoorraad. Hun laatste dagboeknotitie dateert van 29 maart. De ironie wil dat dit depot oorspronkelijk 30 km verder landinwaarts had moeten liggen. In dat geval hadden ze het nog net kunnen bereiken. Maar Scott had in het heengaan de honden willen sparen.

Pas in de loop van het volgende zomerseizoen, op 12 november, zou een reddingsteam de ondergesneeuwde tent met de bevroren lichamen vinden. En op 10 februari 1913 zouden de echtgenotes van de teamleden, samen met de rest van de wereld, vernemen hoe het de Terra Nova-expeditie een jaar voordien vergaan was.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\27 Straat Drake\Best Of\ANTA3841x.jpg

Ondertussen op de Sea Spirit…

Ons wedervaren zal beslist minder tragisch verlopen. Omstreeks elf uur zullen we morgen de ingang van het Beaglekanaal bereiken. Ter hoogte van Isla Nueva zullen we daar een loods aan boord nemen. Want kapitein Oleg mag dan al door vele Arctische en Antarctische watertjes gevaren zijn, hier moet hij een Chileense loods naast zich op de brug dulden. Anders mogen we het Beaglekanaal niet binnen.

Top

Donderdag 1 februari | Beaglekanaal – Ushuaia

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA3900x.jpg

Nadering van het Beaglekanaal

De zware deining schommelt ons vroeg wakker. De Sea Spirit rolt over de baren, in ons bed rollen we mee. Het weer is er wat op achteruitgegaan. De zee is woeliger nu, de wind is in kracht toegenomen. Zeevogels hangen constant achter het schip – wenkbrauwalbatrossen, grote jagers, zuidpoolsterns en zelfs aalscholvers. In de verte wenken de bergen van Vuurland.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA3971x.jpg

Wenkbrauwalbatros

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA3940x.jpg

Wenkbrauwalbatros

Enkele dolfijnen tuimelen voor de boeg door. Bliksemsnel flitsen ze door de lucht. Je knippert even met de ogen en ze zijn verdwenen. Toch weten kenners hen als donkergestreepte dolfijnen te identificeren.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA3918x.jpg

Donkergestreepte dolfijn

Evenals orka’s zijn dolfijnen tandwalvissen, met echte tanden van kalk, niet van kraakbeen, heeft Eduardo ons diets gemaakt. Het uitfilteren van krill zoals de baleinwalvissen, daar houden ze zich dus niet mee bezig. Ze jagen actief op hun prooien, vooral sardienen en lantaarnvisjes – al vinden ze pijlinktvissen ook niet te versmaden. Die prooien sporen ze via echolocatie op.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA4079y.jpg

Kelpmeeuw…

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA4065y.jpg

…met buit

Dolfijnen zijn erg sociale dieren. Ze leven in groepen die uit enkele tientallen tot vele honderden individuen kunnen bestaan. Bovendien staan ze bekend voor hun intelligent gedrag. Hebben ze een school sardienen opgespoord, dan zullen zich al snel tientallen andere dolfijnen aanmelden. Samen houden ze de sardienen in bedwang als een reusachtige buffettafel waarvan ze naar hartenlust hapjes kunnen nemen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA4019y.jpg

Keizeraalscholvers

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA4092x.jpg

Zuidpoolstern

Zeevogels zweven af en aan rond het schip. Vaak dobberen tientallen wenkbrauwalbatrossen in groep op het water. Kale rotseilanden met kolonies van magelhaenpinguïns, zeeleeuwen en aalscholvers schuiven langzaam voorbij.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA4032y.jpg

Dolfijn tussen wenkbrauwalbatrossen

Even voor twee passeren we Les Éclaireurs, de vuurtoren die hier bijna een eeuw geleden opgetrokken werd. We zakken naar de lounge af voor het resultaat van de fotowedstrijd. Fraaie foto’s zijn het, in elk van de drie categorieën. Een jury heeft de voorselectie gemaakt, het publiek bepaalt de winnaars. Bij de landschappen is dat een impressionante opname van wolkenformaties boven de gletsjers op Danco Island, bij de fauna de gezellige broederlijkheid van twee ezelspinguïns op Port Lockroy, in de categorie mensen ten slotte een kleurrijke kajakker tussen fonkelende ijsbergen.

Voor Jonathan volstaat dat niet. Ambassadeurs van het witte continent moeten we worden

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA4053y.jpg

Keizeraalscholvers

Een laatste maal voert expeditieleider Jonathan voor ons in de lounge het woord. Ongeveer 1 800 zeemijl hebben we afgelegd. Meer dan 3 300 km dus. Onze herinnering aan Antarctica gaaf houden, dat zal geen probleem zijn. Maar voor Jonathan volstaat dat niet. Ambassadeurs van het witte continent moeten we worden. Antarctica is ongerept en dat moet zo blijven. Kinderen, kleinkinderen, vrienden en kennissen moeten we voor die zaak warm maken. Blijvende politieke druk moeten ze uitoefenen – ook wanneer wij er niet meer zullen zijn, beklemtoont hij zonder mededogen – om Antarctica gaaf te houden.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\28 Beaglekanaal\Best Of\ANTA3951y.jpg

Magelhaenpinguïns, zeeolifanten, keizeraalscholvers

Want in 2048 zal het Antarctisch Verdrag aflopen. Te allen prijze moet vermeden worden dat het continent daarna ten prooi valt aan de ontginning van grondstoffen of aan economische of militaire activiteiten. Enkel indien de wereldbevolking tegen dan voldoende gemobiliseerd zal zijn, kan dat voorkomen worden, besluit hij gepassioneerd. We weten wat ons te doen staat, de komende dertig jaar. We noteren het alvast in onze agenda.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\29 Ushuaia\Best Of\ANTA4104y.jpg

Ushuaia

Twintig voor drie is het als de Sea Spirit in de haven van Ushuaia tot rust komt. Het is er zonnig en zomers warm – zo maar even 12 °C. Een half uurtje later is het schip door de autoriteiten gecleard.

Zo komt een einde aan onze expeditie, een bescheiden verkenning van het meest noordelijke uiteinde van het Antarctisch Schiereiland. Voor ons een tocht van amper veertien dagen, voor de eerste poolreizigers een helse onderneming die gauw twee tot drie jaar vergde.

Een openbaring van een wonderlijke natuur was het – oogverblindend, ongerept, ontembaar, meedogenloos. Maar het hart van het continent, dat zal voor ons altijd in nevelen gehuld blijven. Want hoe kan je alles over een olifant te weten komen, als je alleen maar een blik kan werpen op het uiteinde van zijn slurf?

Top

Jaak Palmans
© 2018 | Versie 2021-11-10 11:41