English version

In het kielzog van Adrien de Gerlache

Antarctica | Anno 2018

 

Maandag 22 januari | Ushuaia

Dinsdag 23 januari | Ushuaia – Beaglekanaal

Woensdag 24 januari | Straat Drake

Donderdag 25 januari | Straat Drake

 

D:\DataReizen\Pacomaja\Ontwikkeling\57 Antarctica\Bronversies\5701 (jpg) StraatDrake.jpg

 

 

Maandag 22 januari | Ushuaia

Dat je er actieve vulkanen aantreft. Dat het gemiddeld het hoogste continent ter wereld is, hoger nog dan Azië met zijn Himalaya en zijn Tibetaans plateau. Dat het één van de droogste gebieden op aarde is, droger nog dan de Atacamawoestijn of Death Valley.

Je valt van de ene verbazing in de andere als je over Antarctica aan het lezen slaat. Terra Incognita, zo noemden ze dit continent eeuwenlang. En dat is het nog steeds, een grotendeels Onbekende Wereld.

Niet alleen een onbekende wereld is het, ook een verre wereld. Bijna vier dagen reizen zal het ons vergen om er te komen. En dan nog eens bijna vier dagen om terug te keren. Verwend als we zijn, durven we dat een lange reis te noemen. Adrien de Gerlache zou daar vreemd van opkijken. Zelf deed hij er in 1897 aan boord van zijn Belgica immers meer dan 150 dagen over – enkele reis.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\01 Ushuaia\Werkmap\ANTA0034x.jpg

Ushuaia

In het spoor van die beroemde voorganger trekken we nu naar het einde van de wereld. Dat is althans hoe ze zichzelf graag noemen in Ushuaia, het uiterste zuidpunt van Argentinië. Daar zal baron Bernard de Gerlache ons vervoegen, de oudste kleinzoon van Adrien. Want onze trip zal deels in het teken staan van de wonderlijke verwezenlijkingen van diens grootvader. Precies 120 jaar geleden is het dat Adrien het als allereerste aandurfde op Antarctica te overwinteren. Meer dan een jaar zat zijn schip muurvast in het zuidpoolijs.

Het is dicht bewolkt, maar droog als we even na zeven ’s avonds op de Aeropuerto Internacional Malvinas Argentinas van oesjoewaja landen. Een frisse wind komt ons tegemoet. Dat verrast ons niet. Maar als we dachten in het schemerduister te landen, dan hadden we het mis voor. Het lijkt wel klaarlichte dag, met de zon vrij hoog aan de hemel.

Lupe staat er ons op te wachten om alles in goede banen te leiden. Ze is van het Argentijnse Mendoza afkomstig, hier 2 400 km vandaan, maar werkt ondertussen al elf jaar in Ushuaia. Drie bussen heeft ze mee, maar ook een vrachtwagen, goed voor de meer dan twee ton bagage die ons clubje van meer dan honderd deelnemers met zich meesleept.

Zoals elk jaar rond deze tijd draait het Antarcticaseizoen op volle toeren. Negentig procent van de expedities met bestemming zuidpoolgebied vertrekt vanuit de haven van Ushuaia. Verscheidene boten liggen er aangemeerd, klaar voor de grote oversteek. Morgen zal zich de Emerald Princess daarbij voegen, een drijvend dorp met 3 560 passagiers en 1 346 bemanningsleden aan boord.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\29 Ushuaia\Werkmap\ANTA4337x.jpg

Ushuaia – Bahía Encerrada

We treffen het met dit heerlijke weertje, merkt Lupe op. Het kwik wijst immers een aangename 10 °C aan. Maar dat is niet altijd zo. Neem nu vorige week. Drie dagen lang steeg de temperatuur tot een ondraaglijke 23 °C. Puffen en zweten was het toen voor de 80 000 inwoners van Ushuaia. Vol begrip knikken we instemmend.

Drie dagen lang steeg de temperatuur tot een ondraaglijke 23 °C. Puffen en zweten was het toen voor de 80 000 inwoners van Ushuaia

Of neem de sneeuwval enkele jaren terug. Vier meter sneeuw lag er toen. Eventjes het huis verlaten om boodschappen te doen werd een avontuur met de allures van een kleine poolexpeditie. Je een weg zoeken over de hellende straten stond bijna gelijk met een poging tot zelfdoding.

Wie Ushuaia zegt, gevangenis zegt. Want het is pas in 1902, met de bouw van een strafkolonie voor en door zware recidivisten, dat deze onooglijke nederzetting in een verre uithoek van Argentinië uit de anonimiteit gerukt werd. Tot 1946 zou de gevangenis in gebruik blijven.

Voordien leefden hier enkel Yahgan. Zij waren het die de plek haar naam gaven – Ushuaia, Diepe baai. Indertijd moeten het er zo’n drieduizend geweest zijn, maar tegenwoordig zijn de Yahgan bijna volledig van het toneel verdwenen. Niemand spreekt nog Yámana, de taal van de Yahgan – een dame van 82 niet te na gesproken, weet Lupe.

Toch dankt Tierra del Fuego, Vuurland, indirect zijn naam aan de Yahgan. Want toen Magellaan in 1520 het barre land die naam gaf, waren het geen rokende vulkanen of gloeiende lavastromen die hem daartoe aanzetten. Het waren de talloze vuurtjes van de Yahgan die hem op dat idee brachten. Steeds hadden ze vuurtjes bij de hand – in hun hutjes, tijdens de jacht, zelfs in hun bootjes.

De Yahgan liepen er grotendeels naakt bij. In dit barre klimaat moet je daar goed gek voor zijn

Dat had zo zijn redenen. Want de Yahgan liepen er grotendeels naakt bij. Hun lichaam smeerden ze met dierenvet in, enkel over hun schouders droegen ze soms een pels van zeeleeuw. In dit barre klimaat moet je daar goed gek voor zijn.

Toch voeren ze daar wel bij. Als je dag in, dag uit – vaak in de regen – mosselen moet verzamelen of in een bootje achter zeeleeuwen aanzitten om je kost bij elkaar te schrapen, dan zijn je kleren doorlopend nat. Gezond kan dat niet zijn.

Gelukkig was er de gevangenis om een groot deel van de toeristen te slapen te leggen

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\01 Ushuaia\Werkmap\ANTA0070x.jpg

Ushuaia – Voormalige gevangenis

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\01 Ushuaia\Werkmap\ANTA4114x.jpg

Wrak van de St. Christopher

Deels verzonken in het ondiepe water schuift het wrak van de St. Christopher aan het raam voorbij. Al meer dan een halve eeuw ligt het daar, een vijftigtal meter van de kade, quasi onaangeroerd. Want in de tussentijd is het tot een van de iconen van Ushuaia uitgegroeid, aldus Lupe.

Dat heeft alles te maken met de ramp die de cruiseboot Monte Cervantes overkwam. De rots die de romp van het schip onder de waterlijn openreet, was op dat ogenblik nog niet in kaart gebracht. Aanvankelijk was de paniek aan boord groot – we schrijven 22 januari 1928, de catastrofe van de Titanic stond nog vers in het geheugen. Toch slaagde men er in alle 1 117 passagiers en 255 bemanningsleden van de cruiseboot gezond en wel aan land te brengen. Enkel de kapitein zou de ramp niet overleven. Hij heeft er het Capitán Dreyer-straatje in Ushuaia aan overgehouden.

Bijna vijftienhonderd ongenode gasten een dak boven het hoofd bieden, in die tijd was dat geen evidentie. Zelf telde Ushuaia amper achthonderd inwoners. Gelukkig was er de gevangenis om een groot deel van hen te slapen te leggen – met iets minder luxe dan ze gewend waren.

Vele jaren bleef de Monte Cervantes liggen waar hij lag. Tot de stijgende metaalprijzen na de tweede wereldoorlog de berging van het schip rendabel maakten. Eén van de boten die daar in 1953 bij ingezet werden, was… de St. Christopher. Maar ook die kwam in de problemen en strandde uiteindelijk hier voor de kust om een blijvend symbool van die gebeurtenissen te worden.

Lange tijd bleef Ushuaia een achtergestelde regio. Pas in 1980 kwam daar verandering in toen de overheid aan bedrijven die zich hier vestigden, belastingvoordelen ging toekennen. Voortaan konden ze belastingvrij importeren. Prompt rezen rond de haven bedrijven als paddenstoelen uit de grond.

Maar het is het toerisme dat tegenwoordig het leeuwendeel van de economische activiteit voor zijn rekening neemt. Ushuaia lééft bijna van het toerisme. Dat is in de eerste plaats aan de Antarctica-expedities te danken, natuurlijk.

Toch doet ook de woeste natuur van Vuurland haar duit in het toeristische zakje. Het Parque Nacional Tierra del Fuego is tot een heuse trekpleister uitgegroeid. Maar ook daar zijn er problemen gerezen, betreurt Lupe. In 1946 werden uit Canada 25 bevers geïntroduceerd. De handel in huiden was immers een lucratieve bezigheid. Maar de diertjes deden het goed in deze regio. Te goed zelfs, als je het achteraf beschouwt – tegenwoordig zijn ze met honderdduizend.

De bevers deden het goed in deze regio. Te goed zelfs, als je het achteraf beschouwt

En wat doen bevers? Bevers vellen bomen. Zo leggen ze dammen aan. Geen probleem, althans niet in Canada. Daar groeien die bomen in enkele tientallen jaren weer aan. Maar de schijnbeuken die in Vuurland het landschap domineren – de lenga’s, de guindo’s, de ñire’s – doen er gauw tweehonderd jaar over om volgroeid te zijn. Een kaalslag dus, waar deze natuur niet tegen bestand is.

Langs de weg staan lupines uitbundig in bloei. Ook zij zijn ingevoerd. Maar tot nader order berokkenen ze geen schade.

Als een arendsnest torent het hotel boven de stad uit. Even na acht zijn we er. Het uitzicht op Ushuaia en het Beaglekanaal is er weergaloos. Maar het is vooral het bed dat ons interesseert. Want het is al ruim 34 uur geleden dat we thuis de deur achter ons dichttrokken. Morgen zetten we het tweede deel van onze tocht in – de geduchte oversteek van de Straat Drake.

Top

Dinsdag 23 januari | Ushuaia – Beaglekanaal

Genoegzaam koestert het Beaglekanaal zich in de milde ochtendzon. Voorlopig wil die luidens de voorspellingen van geen wijken weten. Dat wordt weer zweten vandaag voor de luitjes daar beneden in Ushuaia, realiseren we ons met enig leedvermaak.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\29 Ushuaia\ANTA4231x.jpg

Ushuaia – M/V Sea Spirit

In de haven ligt de Sea Spirit aangemeerd, onze vaste stek voor de komende tien dagen. In de verte is ook de Emerald Princess in aantocht. Maar die kolos moet eerst nog in een brede bocht rond de eilanden laveren vooraleer hij kan aanmeren. Dat duurt nog enkele uurtjes.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\01 Ushuaia\Best Of\ANTA0061y.jpg

Beaglekanaal – Emerald Princess

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\01 Ushuaia\Best Of\ANTA0045y.jpg

Dolfijnmeeuw

Bernard de Gerlache zal er helaas niet bij zijn als we straks van wal steken, zo vernemen we tijdens de briefing. Vorige vrijdag pas heeft hij moeten afhaken. Maar er staat al een vervanger klaar, en wat voor een – graaf Thibaut de Briey, dertiger en zoon van Henrianne de Gerlache, kleindochter van Adrien. De vierde generatie neemt het dus over van de derde. Thibaut was toch al in Zuid-Amerika en zag er geen bezwaar in om meteen zijn koffers te pakken. Nu, dat overkomt ons ook weleens, dat we in Zuid-Amerika vertoeven en dat ze ons dringend in Antarctica nodig hebben.

Kwart voor elf is het als we met drie bussen naar de stad afzakken. De koffers zijn ondertussen al per vrachtwagen naar onze kajuiten aan boord van de Sea Spirit onderweg. Bijna dag op dag tien jaar geleden, op 24 januari 2008, werd hier een buste ter nagedachtenis aan Adrien de Gerlache ingehuldigd. Hij is de laatste in een lange rij poolreizigers waarvan langs de promenade een borstbeeld figureert. De enige buitenlander ook, want de andere bustes zijn van Argentijnen.

Maar waar die andere illustere figuren het met een bescheiden cementen pilaartje moeten stellen, rust onze Adrien op een zuil van marmer – uit het Italiaanse Carrara nog wel. Eén van de drijvende krachten achter de oprichting van dit gedenkteken was Jozef Verlinden, historicus en officieel biograaf van baron Adrien Victor Joseph de Gerlache de Gomery, zoals hij voluit heet.

De buste zelf is van de hand van Jos Carmans, een beeldhouwer uit Hasselt. Ook al geen toeval, want het is in die stad dat Adrien de Gerlache in 1866 geboren werd.

Vrijpostige dolfijnmeeuwen, barre weersomstandigheden en een occasionele aardbeving – een gezonde cocktail is dat niet voor een bronzen buste in open lucht. Maar met wat retouches staat ze er schitterend bij op deze bijzondere gelegenheid.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\01 Ushuaia\Werkmap\ANTA0056x.jpg

Buste van Adrien de Gerlache met (links) Dixie Dansercoer,Thibaut de Briey en Carlos Vaira

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\01 Ushuaia\Werkmap\ANTA0098x.jpg

 

De allereerste wetenschappelijke expeditie naar Antarctica was het, beklemtoont Thibaut, als hij in zijn korte speech de prestaties van zijn overgrootvader in herinnering brengt. De allereerste expeditie ook die op Antarctica overwinterde. Nagenoeg een jaar zaten ze in het zuidpoolijs gevangen, waarvan 66 dagen in volslagen duisternis. Dat belette hen niet al die tijd unieke wetenschappelijke waarnemingen te verrichten.

Uitzonderlijk was ook het multinationale team aan boord, met kleppers zoals Frederick Cook en Roald Amundsen – mannen die enkele jaren later als eerste op de noordpool en als eerste op de zuidpool zouden staan.

En dat alles met de Belgica, een driemaster met een lengte van amper 36 m en een motortje van 35 pk – tegenwoordig is de eerste de beste zodiac met een motor van 40 tot 60 pk uitgerust. Langeafstandsradio, internet of satellietverbinding hadden ze niet. Navigeren deden ze met pen, kompas en sextant.

En dat alles met de Belgica, een driemaster met een motortje van 35 pk – tegenwoordig is de eerste de beste zodiac met een motor van 40 tot 60 pk uitgerust

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\01 Ushuaia\Werkmap\ANTA0064x.jpg

Museo Marítimo y del Presidio – Maquette van de Belgica

Precies vijftig jaar geleden is het dat in 1968 vanuit Ushuaia de eerste toeristen koers zetten naar Antarctica, voegt Carlos Vairo daar aan toe. Van het Museo Marítimo y del Presidio is hij niet alleen de directeur, maar vooral ook de bezieler. Het was immers zijn idee om in die voormalige gevangenis een museum onder te brengen.

Enkele secties van dat museum zijn aan Antarctica en Adrien de Gerlache gewijd. Allen daarheen dus, terwijl de eerste regendruppels beginnen te vallen. Een gebouw met acht vleugels moest het oorspronkelijk worden, stervormig rond een centrale rotonde gerangschikt. Dan kan je vanuit één punt gemakkelijk alle gangen in de gaten houden, altijd handig in een gevangenis. In de praktijk werden het er slechts vijf.

Eén van die vleugels is in de staat gehandhaafd zoals de cellen er indertijd bij lagen. Bittere kou, dat is de overheersende indruk die je hier opdoet. In een andere vleugel krijgen we verhalen over het leven in de gevangenis voorgeschoteld – het voedsel en de gezondheid, het werk en de straffen, de correspondentie die gecensureerd werd, de massief ijzeren ketens die de gevangenen rond de enkels kregen telkens ze verplaatst werden…

Maar het is de expositie over Antarctica waar het ons vooral om te doen is. Een halve gevangenisvleugel is eraan gewijd. Dat ze hier zoveel belangstelling voor Antarctica hebben, is geen toeval. Ooit maakte Patagonië deel uit van wat nu het zuidpoolgebied is. Als om daaraan te herinneren, wijst een enorm schiereiland vanuit Antarctica nog steeds als een lokkende wijsvinger naar Zuid-Amerika.

Als om daaraan te herinneren, wijst een enorm schiereiland vanuit Antarctica nog steeds als een lokkende wijsvinger naar Zuid-Amerika

Antarctica ligt hier dus slechts een zucht vandaan. Amper 800 km – weliswaar woelig – water scheidt beide continenten. Wil je Antarctica vanuit Australië bereiken, dan moet je daar een tocht van 2 500 km voor over hebben, vanuit Zuid-Afrika wordt dat zelfs 4 000 km. Dat maakt van Ushuaia de gedroomde uitvalsbasis voor toeristische expedities naar het zuidpoolgebied.

Aan de Expedición Antártica Belga van Adrien de Gerlache is hier een prominente plaats voorbehouden, weerom met dank aan biograaf Jozef. Inclusief een maquette van de Belgica en de beroemde, messcherpe foto van het roerloze schip tijdens de poolnacht in het maanlicht – met een belichtingstijd van 90 minuten.

Onvoorstelbaar wat er allemaal in en over deze wateren zwemt en vliegt. Sommige van die beestjes zijn zelfs best lekker. Vooral de koningskrab is erg gegeerd

Dat het Museo Yámana gerenoveerd wordt, is een kleine tegenvaller. Dan maar naar het Museo del Fin del Mundo. Erg druk is het er, maar dat verbaast niet echt. Het museumpje ligt pal aan de haven en de toegang is gratis. De intentie om er iets interessants van te maken, is aanwezig, de vereiste middelen zijn dat niet. Het geheel oogt stoffig en overjaars. We leren wat bij over de Yahgan en over de lokale fauna. Indrukwekkend is de enorme collectie opgezette dieren. Onvoorstelbaar wat er allemaal in en over deze wateren zwemt en vliegt.

Sommige van die beestjes zijn zelfs best lekker. Dat kunnen we met eigen mond bij Tia Elvira vaststellen. Vooral de koningskrab is er gegeerd.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\01 Ushuaia\Best Of\ANTA0073y.jpg

Emerald Princess

Ondertussen is de Emerald Princess met zijn 3 500 passagiers aangemeerd. In de schaduw van dat witte monster wordt onze Sea Spirit – toch ook een respectabele negentig meter lang – tot een nietig speelgoedbootje herleid. Maar de gevreesde toeristentsunami blijft uit. Slechts een handvol passagiers neemt zich de moeite om uit zijn ivoren toren af te dalen en in de stad, welja, een koningskrabbetje te verorberen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\29 Ushuaia\Best Of\ANTA4188y.jpg

Ushuaia

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\29 Ushuaia\Best Of\ANTA4112y.jpg

 

Voor ons zit het moment suprême er nu eindelijk aan te komen. Dat we langzamerhand staan te popelen om aan boord van de Sea Spirit te gaan, is een understatement.

Niet meer dan enkele honderden meters wandelen is het, van op de parking tot aan de loopbrug. Toch moeten we voor dit korte traject de bussen in, om veiligheidsredenen. Want de Argentijnse overheid beschouwt deze korte tocht min of meer als een grensovergang. En daar wenst ze strenge controle over uit te oefenen. Straks aan boord zullen we overigens onze reispassen moeten afgeven.

Even later klimmen we aan boord met een korf vol verwachtingen – zo mogelijk nog groter dan de Emerald Princess

Klokslag vier worden we voor de loopbrug van de imposante M/V Sea Spirit gedropt. Even later klimmen we aan boord met een korf vol verwachtingen – zo mogelijk nog groter dan de Emerald Princess. Enkele bemanningsleden staan ons met een brede glimlach op te wachten. In de lounge hebben ze alvast een aperitief en een hapje voor ons klaarstaan, een prelude op de verwennerij waarvan we de komende tien dagen het gewillige slachtoffer zullen zijn.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\02 Sea Spirit\Werkmap\ANTA4348x.jpg

M/V Sea Spirit

Ondertussen heet expeditieleider Jonathan Zaccaria ons welkom. Hij is het die samen met de kapitein de koers zal uitzetten – welke landingsplaatsen we zullen aandoen, waar de kajaks uitgezet zullen worden, waar we aan land zullen kunnen overnachten. Want op voorhand kan je dat niet vastleggen. Weersvoorspellingen op Antarctica zijn immers een heikele zaak.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\02 Sea Spirit\ANTA0113.JPG

M/V Sea Spirit - Zodiacs

Bakken ervaring heeft hij, deze Fransman uit de omgeving van Rijsel, zo lezen we in zijn biografie. Vierentwintig was hij toen hij in het station Dumont d'Urville een eerste maal op Antarctica overwinterde. De winderigste plek op aarde, naar verluidt. Windsnelheden van 200 km/u zijn er normaal, met uitschieters tot 320 km/u. Daarna was het in het Concordiastation dat hij een poolwinter lang neerstreek, op het Antarctisch plateau. Ook al geen evidente plek, want het is een van de koudste plekken op aarde, met zomertemperaturen van –25 °C en wintertemperaturen tot –84 °C. Met zo’n man aan boord kunnen poolanalfabeten zoals wij er gerust in zijn.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\02 Sea Spirit\ANTA0112.JPG

M/V Sea Spirit – Kajaks

Met een ongeveinsde hartelijkheid verwelkomt kajuitsteward Mario ons als we naar onze stek voor de komende tien dagen op zoek zijn. Een vrij ruime, comfortabele kajuit is het, waar alles stevig vast zit en laden en deuren zich met een klik vergrendelen. Want over enkele uren dient onze eerste uitdaging zich aan, de oversteek van Straat Drake. Een woelige zee wacht ons daar. Of een kalme zee. Of iets daar tussenin. Insiders spreken van een heftige Drake Shake of een rustige Drake Lake.

Een woelige zee wacht ons daar. Of een kalme zee. Of iets daar tussenin. Insiders spreken van een heftige Drake Shake of een rustige Drake Lake

Een kleintje is de Sea Spirit beslist niet, met zijn lengte van 90 m. Maar toch ook weer niet te groot om vlot door smalle doorgangen te manoeuvreren en kleine baaien binnen te dringen. Ideaal dus voor de verkenning van de poolstreken, ook al vanwege de ijsversterking op zijn romp. Wat overigens niet inhoudt dat hij het pakijs moet gaan rammen – een ijsbreker is het niet. Wel vormen kleine ijsschotsen niet meteen een gevaar.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\02 Sea Spirit\Best Of\ANTA0273x.jpg

M/V Sea Spirit – Brug

In open water haalt de Sea Spirit 14,5 knopen. Landrotten zoals wij hebben het dan liever over 27 km/u. Ruim een kwarteeuw geleden, in 1991, liep hij in Italië van stapel, maar sedertdien heeft hij al enkele opknapbeurten achter de rug – de laatste in 2017. Tegenwoordig is het kleine Nassau op de Bahama’s zijn thuishaven, waar hij ook geregistreerd staat.

In principe is de afvaart omstreeks vijf uur gepland. Maar de Emerald Princess heeft daar een stokje voor gestoken. Die kolos staat op het punt te vertrekken en eist zijn voorrang op.

Allemaal zijn ze in de ban van een onnoemelijke passie voor de poolwereld. En die passie lijkt ons zéér besmettelijk

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\02 Sea Spirit\Werkmap\ANTA0680x.jpg

M/V Sea Spirit – Lounge

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\02 Sea Spirit\Werkmap\ANTA0105x.jpg

Kajuit

Terwijl de Sea Spirit onverrichterzake aan de kade blijft liggen, nestelen we ons in de lounge op dek 3 voor onze eerste briefing. Hier is het ook dat elke dag de wetenschappelijke lezingen zullen plaatsvinden. Jonathan voert het woord. Vier metersgrote beeldschermen tegen de wand ondersteunen zijn betoog met haarscherp beeldmateriaal en kaarten.

Drieënzeventig bemanningsleden telt het schip, zo vernemen we. Dat zijn dan niet alleen de officieren op de brug en de bootslui op de dekken en in de machinekamers, maar ook het zogenaamde hotelteam – zij die de kajuiten, de keuken, het restaurant en de bar doen draaien. En niet te vergeten, de dokter aan boord, telefonisch bereikbaar op nummer 201.

Voorts is er Poseidon Expeditions, de Londense touroperator gespecialiseerd in poolexpedities. Zij vaardigen Jonathan en een team van experten af om de expeditie technisch en wetenschappelijk in goede banen te leiden – een geograaf, een geoloog, een glacioloog, een bioloog, een ornitholoog, een fotograaf, een ingenieur, natuurgidsen, kajakmeesters, … En niet te vergeten, de musicus die er in de bar de stemming zal inhouden.

Gaandeweg zullen we ons realiseren hoe multinationaal deze teams samengesteld zijn – van Guatemala tot Oekraïne, van Finland tot Nieuw-Zeeland, van Peru tot de Filippijnen. Alles samen loopt er hier een enthousiaste bende van wellicht een twintigtal nationaliteiten rond.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\02 Sea Spirit\Werkmap\ANTA0685x.jpg

M/V Sea Spirit – Eetzaal

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\02 Sea Spirit\Werkmap\ANTA0676x.jpg

Bar

Ten slotte is er Asteria Expeditions, de Belgische reisorganisator die deze expeditie gecharterd heeft. Ook zij hebben een professionele staf onder leiding van Annick mee –een doorwinterd poolreiziger, een van de bouwers van de Prinses Elisabethbasis, een natuurfotograaf, een schrijver, een cineast, een historicus, een communicatiecoördinator, ... En niet te vergeten, een achterkleinzoon van Adrien de Gerlache.

Allemaal zijn ze in de ban van een onnoemelijke passie voor de poolwereld, zoveel is duidelijk. En het is oppassen geblazen, beseffen we, want die passie lijkt ons zéér besmettelijk.

Aan boord is hygiëne zeer belangrijk, gaat Jonathan verder. Een epidemie kunnen we immers missen als kiespijn. Minstens driemaal per dag horen we daarom onze handen te ontsmetten. Dispensers met desinfecterende gel staan met dat doel bij de ingang van het restaurant opgesteld.

Steeds één hand voor het schip en één hand voor jezelf, dat is het devies aan boord. Te allen tijde een hand vrij houden dus, mocht je plotsklaps het evenwicht verliezen. Ook met open deuren is het uitkijken. Want op een varend schip kunnen die plots dichtklappen. Maar het grootste gevaar voor een schip is vuur, want bij brand kan je nergens heen. Reden temeer dus om het algemeen rookverbod na te leven.

Antarctica is ongerept en dat moet zo blijven. Niets meenemen dus, maar ook niets achterlaten en niets verliezen – zelfs niet per ongeluk

Antarctica is ongerept en dat moet zo blijven. Niets meenemen dus, maar ook niets achterlaten en niets verliezen – zelfs niet per ongeluk. Om het risico te reduceren, krijgt elkeen slechts één petflesje mineraalwater. In de bar kan je dat bijvullen zo vaak je wil.

Communicatie met de buitenwereld zal er nauwelijks zijn. Geen telefoon dus, geen e-mail, geen wifi, geen radio, geen tv. Uitzonderlijk kan er via satelliettelefoon of via scheepsmail gecommuniceerd worden. Wel is er een uitstekende bibliotheek aan boord, met vele honderden boeken, in het bijzonder over de poolstreken. Ook het wereldnieuws zullen we daar dagelijks in geprinte vorm kunnen raadplegen.

Zolang je de kapitein er maar niet aan herinnert dat ook op de brug het rookverbod van toepassing is

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\02 Sea Spirit\Werkmap\ANTA0111x.jpg

M/V Sea Spirit – Bibliotheek

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\02 Sea Spirit\Werkmap\ANTA1185x.jpg

Kapitein Oleg op de brug

Voorts wordt een politiek van open brug gehanteerd. Dag en nacht mag je op de brug een kijkje nemen en met de officieren zelfs een praatje slaan. Zolang je er de gang van zaken maar niet verstoort en de immer smorende kapitein Oleg Tikhvinsky er maar niet aan herinnert dat ook op de brug het rookverbod van toepassing is.

Laat Antarctica nu maar komen, we zijn er klaar voor. Of toch bijna. Want Jonathan heeft kennelijk nog een laatste opdracht voor ons in petto – een Lifeboat Drill.

Om kwart voor zeven is het zover. Zeven keer kort, één keer lang schalt het door de scheepssirene. Conform de instructies trekken we een warme jas aan en spoeden ons met het reddingsvest onder de arm naar een van de vier verzamelpunten. Voor ons is dat de club op dek 4. Stiekem spijbelen is geen optie, want achter onze rug worden onze kajuiten gecheckt.

Niet zonder moeite klikken we de reddingsvesten vast. Een bende gezwollen Michelinmannetjes die supporteren voor het huis van Oranje, zo lijkt het wel. Weer is er een strenge controle – zit alles op z’n plaats?

Dan zetten de vier groepen zich in beweging. Zonder enige interferentie glijden ze als lange slierten door de gangen en over de trappen van het schip, op weg naar de toegewezen reddingsboten. Voor ons is dat sloep 2 op dek 3.

Daar eindigt de oefening. De reddingsvesten kunnen terug de kast in. Voorgoed, mogen we hopen. Alleen een lang, ononderbroken signaal van de sirene kan nog roet in het eten gooien. Want dan is het een echte evacuatie die ons te wachten staat.

Nog steeds ligt de Sea Spirit roerloos aan de kade als we om half acht met het restaurant op dek 2 kennismaken. Tafels en stoelen zijn er aan de vloer verankerd.

Monica, Miguel, Rey, Juan en vele anderen staan er welgemoed voor een vlotte bediening in. Dat ze zeven dagen op zeven aan de slag zijn, lijkt hun goede humeur niet aan te tasten. En hun arbeidsritme evenmin. Slapen doen ze op dek 1, onder de waterlijn. Bijna allen hebben ze de Filippijnse nationaliteit. Gemiddeld blijven ze negen maanden aan boord. Want eens het Antarctisch seizoen achter de rug, tuft de Sea Spirit in zes weken naar de Arctische wateren en begint de heisa opnieuw.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\03 Beaglekanaal\Best Of\ANTA0118y.jpg

Ushuaia – Hotel Arakur

Twintig na acht is het als plots het schip begint te daveren. De motoren draaien, eindelijk vertrekken we, flitst het door ons hoofd. Maar voorlopig gebeurt er niets. Nog eens vijfentwintig minuten later gaan eindelijk de trossen los. Bevrijd van alle belemmeringen vaart de Sea Spirit oostwaarts het Beaglekanaal in. Nog net ontwaren we het statige silhouet van de Emerald Princess voor ons uit.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\03 Beaglekanaal\Best Of\ANTA0117y.jpg

Ushuaia

Eilanden dichtbevolkt met aalscholvers, magelhaenpinguïns en zeeleeuwen schuiven in de verte aan het raam voorbij. De frêle knipoog van Les Éclaireurs is om de tien seconden zichtbaar. Al sedert 1920 vormt deze vuurtoren een baken voor schepen die op Ushuaia varen.

De hamvraag is wat ons morgen in de Straat Drake te wachten staat. Golven van drie tot vijf meter hoog heeft Jonathan daarstraks in het vooruitzicht gesteld

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\03 Beaglekanaal\Best Of\ANTA0124y.jpg

Beaglekanaal

Maar de vraag die ons allen bezig houdt, is natuurlijk wat ons morgen in de Straat Drake te wachten staat. Golven van drie tot vijf meter hoog heeft Jonathan daarstraks in het vooruitzicht gesteld. Overmorgen zou het dan wat kalmer worden, met golven van twee tot drie meter hoog.

Wie er niet gerust in is, plakt alvast een scopolaminepleister achter het oor.

Top

Woensdag 24 januari | Straat Drake

Diep in de nacht, omstreeks twee uur, laten we het Beaglekanaal achter ons. Veel merken we daar aanvankelijk niet van, want we slapen. Dat de Sea Spirit de achthonderd kilometer lange oversteek van Straat Drake aanvat, laat zich daarentegen wel voelen. Want de zee wordt wat ruwer nu, het schip gaat rollen op de woelige baren. In onze bedden rollebollen we gezellig mee.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0260x.jpg

Straat Drake

Van de zon is bij het ontwaken niets te merken. Het weer is helder, maar de dichte bewolking onttrekt haar aan het zicht. Geregeld verschijnen er schuimkoppen op de hoge golven.

Als dronkenmannen laveren we door de kajuit. Geregeld mondt een voorzichtig manoeuvre onverhoeds in versnelde tippelpasjes uit als we ons weer eens misrekend hebben. Al snel hebben we een mentale kaart op zak van alle betrouwbare steunpunten in de kajuit.

We leren ons zittend aan te kleden, deuren steeds vast te klikken en laden steeds te sluiten. We leren op onze hoede te zijn voor slaande deuren. En we leren onze vingers net op tijd weg te trekken als dat weer eens niet gelukt is.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0264x.jpg

Straat Drake

In de gang heeft Mario papieren zakjes over de wandleuning gehangen. Elke meter hangt er aan weerszijden zo eentje. Qua sfeerzetting kan dat tellen. Er wordt al eens een valpartijtje gemeld – zonder veel erg – of een maag die een beetje overhoop ligt. Gezien de weersomstandigheden blijkt de lift ook al buiten gebruik te zijn.

Kortom, een stevig ontbijt met spek en eieren is precies wat we nodig hebben. Daar zorgt Miguel in een wip voor. Het deinende decor deert hem niet in het minst. Moeiteloos laveert hij tussen de tafels door met een reusachtig dienblad boordevol glaswerk en porselein op zijn vingertoppen. En dat terwijl golftoppen geregeld hoog boven de patrijspoorten uit rijzen – het restaurant bevindt zich op dek 2, net boven de waterlijn.

Een saaie dag op open zee zal het vandaag beslist niet worden. Achter het schip is het een drukke bedoening. Doorlopend woelt de scheepsschroef voedselrijk zeewater naar boven. Dat ontgaat zeevogels niet. Gracieus zweven ze boven de golven alsof het hun geen enkele inspanning kost. Rakelings scheren ze langs de golftoppen, waarbij hun vleugeltippen soms het water lijken te raken.

Rakelings scheren de zeevogels langs de golftoppen, waarbij hun vleugeltippen soms het water lijken te raken

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0139y.jpg

Wenkbrauwalbatros

Van op de achterplecht nemen we onze eerste wenkbrauwalbatros waar. Een fraaie vogel is het, met een indrukwekkende spanwijdte van 2,4 meter. Boven zijn ogen heeft hij een zwart streepje alsof hij, welja, wenkbrauwen heeft. De open oceaan is zijn vaste habitat. Enkel om te broeden gaat hij aan land, meer bepaald op de Falklandeilanden of Zuid-Georgia – meer dan 1 500 km hier vandaan.

In amper vijf jaar tijd heeft men daar het aantal broedparen met liefst tachtigduizend zien teruglopen, weet Ab, onze Nederlandse ornitholoog. Sedertdien is de bescherming van de soort opgevoerd.

Met een spanwijdte van 3,4 m behoort de zuidelijke koningsalbatros tot de allergrootste albatrossen

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0209y.jpg

Zuidelijke koningsalbatros

Onze wenkbrauwalbatros krijgt het gezelschap van een zuidelijke koningsalbatros. Met een spanwijdte van 3,4 m behoort hij tot de allergrootste albatrossen. Van zijn iets kleinere neefje, de noordelijke koningsalbatros, onderscheidt hij zich door een zwarte lijn tussen zijn kaken. Voor Ab is dat zonneklaar, voor ons iets minder. Beide soorten broeden op eilanden in de omgeving van Nieuw-Zeeland.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0239y.jpg

Reuzenstormvogel

De reuzenstormvogel kan op dit appel natuurlijk niet ontbreken. Met een spanwijdte van twee meter kan hij hier behoorlijk uit de voeten. Al voelt hij zich – in tegenstelling tot de albatros – ook op het land goed thuis. Hij voedt zich met krill en inktvis, maar durft ook kleinere zeevogels aan te vallen.

Van de noordelijke reuzenstormvogel onderscheidt deze zuidelijke reuzenstormvogel zich vooral door de groenige kleur van zijn snavelpunt – bij zijn noordelijk neefje is dat een roodachtig puntje. Makkelijk zat om te onthouden, vindt Ab. Denk gewoon aan een verkeerslicht: noord is boven en dus rood, zuid is onder en dus groen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0315y.jpg

Kaapse stormvogel

Veel kleiner is Wilsons stormvogeltje dat pijlsnel baantjes achter het schip trekt – amper 40 gram, spanwijdte 42 cm. Zwemmen is aan hem niet besteed. Liever steekt hij al fladderend zijn pootjes net onder water om krill te verschalken.

Ze hebben een aantal bijzondere kenmerken gemeen, al deze zeevogels, legt Ab uit. Vooreerst zijn hun vleugels in verhouding tot hun lichaam veel langer dan bij andere vogels. Ze moeten immers lange tijd boven de oceaan kunnen vliegen. Dicht bij het wateroppervlak wordt de wind wat gebroken, zodat zijn snelheid er lager is. Daarom zal je zeevogels vaak laag over het water zien duiken en dan als het ware tegen de wind omhoog zeilen. Zo haalt een albatros gemakkelijk 80 km/u zonder zijn vleugels zelfs maar te bewegen.

Aan land lopen zeevogels eigenlijk op hun knieën. Veel brengen ze daar dus niet van terecht

Zeevogels hebben bovendien kleine buisjes op hun snavel. Spuitgaten zijn dat waarlangs ze het overtollige zout afvoeren. Dat zout krijgen ze binnen als ze voedsel uit het water scheppen. Bij een albatros zitten die gaten naast de snavel, bij de stormvogels zitten ze er pal bovenop.

Aan land lopen zeevogels eigenlijk op hun knieën. Veel brengen ze daar dus niet van terecht. Alleen de reuzenstormvogel heeft stevige benen en kan op het land behoorlijk uit de voeten. Gelukkig hebben zeevogels aan land weinig te zoeken. Alleen voor het broeden moeten ze daar noodgedwongen terecht. Willen ze tijdens hun lange vluchten toch wat rusten, dan gebeurt dat al drijvend op het zeewater.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0149y.jpg

Zuidelijke koningsalbatros, wenkbrauwalbatros

We zakken naar de lounge af en passen er onze expeditieparka’s, onze Muck boots en onze nekwarmers. Zodra we straks aan land gaan, zullen we die hard nodig hebben. Ondertussen is het buiten wat gaan regenen.

Dat de zee hier zo woelig kan zijn, heeft alles te maken met de Antarctic Circumpolar Current, legt expeditieleider Jonathan uit. Opgezweept door westenwinden draait die zeestroom al miljoenen jaren in wijzerzin rond Antarctica, zonder op enig obstakel van betekenis te stoten. Zeelieden spreken ook van de westenwinddrift. Ze waren er beducht voor, want tegen die stroming in rond Kaap Hoorn of Kaap de Goede Hoop zeilen was steevast een heikele klus. Daar getuigen de tientallen scheepswrakken rond Kaap Hoorn nog steeds van.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0236y.jpg

Reuzenstormvogel

Maar er is meer. De westenwinddrift heeft Antarctica in een ijskoude houdgreep. De zeestroom belet immers dat het koude Antarctische water zich met warmer water uit het noorden vermengt. De scheidingslijn tussen beide wateren noemt men de Antarctische convergentiezone. De precieze locatie ervan verschilt van jaar tot jaar. Vrij plots wordt het zeewater er kouder en zouter. Niet dat wij van die omslag iets zullen merken. Maar de boordinstrumenten zullen wel een terugval van de watertemperatuur registreren – van ongeveer 7,8 °C naar 3,9 °C.

Ooit kende het continent dat we nu Antarctica noemen, een tropisch klimaat. Je trof er varens, coniferen en zoogdieren aan

Ooit kende het continent dat we nu Antarctica noemen, een tropisch klimaat. Je trof er varens, coniferen en zoogdieren aan. Reptielen zoals de dinosauriërs voelden zich er thuis. Dat bewijzen fossielen die men er gevonden heeft. Samen met Zuid-Amerika, Afrika, India en Australië vormde Antarctica toen het supercontinent Gondwana.

Zo’n honderdtachtig miljoen jaar geleden begon dat supercontinent uiteen te vallen. Een voor een lieten de andere continenten Antarctica los en zochten ze hun eigen plekje op de wereldkaart op. Antarctica dreef zuidwaarts en bereikte ongeveer honderd miljoen jaar geleden de zuidpool. Daar is het een stuk kouder, want er valt veel minder zonnewarmte binnen. Vele maanden lang is het er zelfs volledig donker. De afkoeling van het continent kon beginnen.

Zuid-Amerika was het laatste continent om Antarctica los te laten. Dat moet ongeveer 25 à 35 miljoen jaar geleden gebeurd zijn. Onze wereldkaarten herinneren ons nog steeds aan die scheiding. Het Antarctisch schiereiland en de zuidelijke tip van Zuid-Amerika wijzen naar elkaar alsof het de vingers zijn van God en Adam in de Sixtijnse kapel.

Steeds verder dreven beide continenten uit elkaar, steeds groter werd de doorgang die we tegenwoordig Straat Drake noemen, steeds heviger kon de westenwinddrift zich doen gelden, steeds meer werd Antarctica van de warmere noordelijke streken geïsoleerd. Dat Antarctica het koudste continent op aarde is geworden, heeft dus niet alleen met zijn positie op de zuidpool te maken.

Dat weerhield de oude Grieken er niet van om vanuit hun luie zetel Antarctica uit te vinden – per slot van rekening waren het filosofen

Van dat alles wisten de oude Grieken in het geheel niets af. Maar dat weerhield hen er niet van om vanuit hun luie zetel Antarctica uit te vinden – per slot van rekening waren het filosofen. De aarde is een bol, zo luidde de redenering, en die bol drijft in een vloeistof. Aan de “onderkant” van die bol moest er dus wel een tegenwicht zijn, al was het maar om symmetrieredenen. Op het noordelijk halfrond had je Arctica, vernoemd naar het belangrijkste sterrenbeeld aldaar, de Grote Beer – in het Grieks. Dus werd dat tegenwicht anti-Arctica of Antarctica genoemd. Later zouden de Europeanen de namen Terra Incognita en Terra Australis gaan hanteren.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0185y.jpg

Wenkbrauwalbatros

Gemiddeld heeft Antarctica een oppervlakte van 14 miljoen km². Gemiddeld, wel te verstaan. Want ’s winters doet de vorming van pakijs het continent tot een oppervlakte van ongeveer 20 miljoen km² aanzwellen. Dubbel zo groot dus als Europa met zijn 10,4 miljoen km² of de Verenigde Staten met zijn 9,8 miljoen km².

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0160y.jpg

Wenkbrauwalbatros

Miljoenen jaren sneeuwval hebben een enorme ijslaag over het continent gelegd. De centrale ijskap is zo maar even drie tot vier en een halve kilometer dik. Als je zulke ijsmassa moet torsen, draag je daar onvermijdelijk de sporen van. Antarctica wordt dan ook stelselmatig naar beneden gedrukt, in die mate dat de helft van het continent zich onder het zeeniveau bevindt. Zou je dat ijs gewoon wegnemen, dan zou het continent langzaam opveren – zoals de Noorse fjorden nog steeds doen, nu ze van de gletsjers uit de ijstijden bevrijd zijn.

Zou je dat ijs gewoon wegnemen, dan zou het continent langzaam opveren – zoals de Noorse fjorden nog steeds doen, nu ze van de gletsjers uit de ijstijden bevrijd zijn

Wereldwijd bevindt 90 % van al het ijs zich op Antarctica. Nog eens 9 % zit op Groenland vast. De ijsvelden en gletsjers elders ter wereld moeten het dus met één procent van de ijsvoorraad stellen. Ook twee derde van de wereldvoorraad aan zoet water zit hier. Zou dat ijs smelten, dan zou het zeeniveau met zestig meter stijgen. Vlaanderen zou bijna volledig onder water staan.

Mocht daarentegen het ijs van Arctica volledig smelten, dan zou dat geen verschil uitmaken, want dit ijs drijft op het water. Arctica is immers net het omgekeerde van Antarctica – water omringd door land, in plaats van land omringd door water. Een fysische grens heeft Arctica in feite niet. Bij afspraak is daarom vastgelegd dat de isotherm waar ’s zomers de gemiddelde temperatuur niet boven 10 °C komt, de rand van Arctica vormt.

Dat het ijs van Antarctica zou smelten, is voorlopig ondenkbaar. Toch zit er voortdurend beweging in dat ijs. Want door zijn eigen gewicht schuift het van de hellingen af de zee in. Daar zijn er twee mogelijkheden. Ofwel vormt het ijs een gletsjer, kalft geregeld aan de waterlijn af en produceert zo ijsbergen. Ofwel vormt het een van de reusachtige ijsplateaus die op het water drijven. Soms komen daar stukken van los. Dat zijn dan de gigantische tafelijsbergen die gemakkelijk 200 meter boven het zeewater uit rijzen. In 1956 brak er eentje af met een oppervlakte van 32 000 km² – groter dan België dus.

In 1956 brak er een gigantische tafelijsberg met een oppervlakte van 32 000 km² af – groter dan België dus

Niet alleen ijs schuift van de hellingen af. Ook koude lucht wil weleens langs de hellingen naar beneden donderen en onderweg aan snelheid winnen. Zo ontstaan de beruchte katabatische winden die snelheden tot 200 km/u kunnen ontwikkelen. Die drijven dan net onder de kust de Antarctic Coastal Current aan, een zeestroom die in tegenwijzerzin rond Antarctica stroomt – in tegenovergestelde richting als de westenwinddrift dus.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0177y.jpg

Reuzenstormvogel

Dwars door het continent snijdt het trans-Antarctisch gebergte, drieduizend kilometer lang en gemiddeld 3 500 m hoog. Het vormt een verlenging van de Andes – in tegenstelling tot de Amerikaanse Rocky Mountains, waarvan soms ten onrechte hetzelfde beweerd wordt.

De hoogste berg in die keten, en meteen de hoogste van het continent, is de Vinsonberg. Volgens de recentste metingen zou hij 4 897 m hoog zijn, net iets meer dan de Mont Blanc dus.

Vulkanen hebben ze ook op Antarctica. De meest actieve daarvan is de Mount Erebus op Ross Island. Al 1,3 miljoen jaar laat hij van zich horen. Nog steeds zijn er geregeld kleine uitbarstingen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0198y.jpg

Zuidelijke koningsalbatros

Ingewikkeld wordt het als Jonathan de zuidpolen aansnijdt. Zuidpolen, jawel, in het meervoud. Voor ons volstond vooralsnog één zuidpool. Maar dat simplisme doorprikt hij zonder mededogen. Wat wij onder de zuidpool verstaan, blijkt de geografische zuidpool te zijn. Het snijpunt van de meridianen is dat, de plek waar de rotatie-as van de aarde door het aardoppervlak prikt. De plek ook waar je steeds naar het noorden kijkt, om het even in welke richting je kijkt.

Als poolreiziger heb je aan je kompas niets, want de magnetische zuidpool ligt in volle zee, ruim drieduizend kilometer van de geografische zuidpool verwijderd

Maar je hebt ook de geomagnetische zuidpool, het zuidelijkste punt van het aardmagnetisch veld, ter hoogte van het Russische Vostokstation. En je hebt de ontoegankelijkheidspool, de plek op de poolijskap die langs alle zijden het verst van de kustlijn ligt en daardoor het moeilijkst te bereiken is.

En ten slotte heb je natuurlijk ook nog de ‘gewone’ magnetische zuidpool die we met z’n allen goed menen te kennen. Dat is de plek waar je kompas tegen beter weten in naartoe wijst. Als poolreiziger heb je daar niets aan, want dit punt ligt in volle zee, ver buiten Antarctica, ruim drieduizend kilometer van de geografische zuidpool verwijderd.

Al bij al is Antarctica het droogste gebied op aarde, met minder dan twee centimeter sneeuw per jaar. Poolreizigers weten dat dit garant staat voor neusbloedingen en dergelijke. Aan de kust, waar wij even zullen vertoeven, zakt de temperatuur ’s winters niet lager dan – 20 °C. Het centrum daarentegen heeft ’s zomers geen hogere temperatuur dan – 25 °C te bieden, terwijl ’s winters de temperatuur gemakkelijk tot – 60 of– 70 °C zakt, met een record op – 89 °C.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0210y.jpg

Zuidelijke koningsalbatros

In zulke omstandigheden maakt leven geen schijn van kans. Zelfs bacteriën houden het hier niet uit. Dat is alvast een lichtpuntje – verkouden kan je hier niet worden. Maar landdieren zal je hier ook niet aantreffen, om de eenvoudige reden dat er op het continent geen voedsel voorhanden is. Enkel in zee kan je voedsel vinden. Wil je dieren zien, dan zal je dus de kust en de eilanden moeten aandoen. Laat dat nu net datgene zijn wat Jonathan met ons van plan is.

Wil je dieren zien, dan moet je de kust en de eilanden aandoen. Laat dat nu net datgene zijn wat Jonathan met ons van plan is

Dat er zoveel voedsel in zee beschikbaar is, heeft mede met de zeestromingen te maken. Die wellen het voedsel naar boven. Eens de lente aanbreekt en het pakijs smelt, komt dit fytoplankton – hoofdzakelijk algen – naar de oppervlakte. Nergens anders ter wereld zal je zoveel voedsel in het water aantreffen. Eenoogkreeftjes en andere garnaalachtige ongewervelden doen er zich dan aan te goed. Op zijn beurt vormt dit zoöplankton een heus feestmaal voor bultruggen, robben, pinguïns en een hele reeks vissoorten. Van heinde en verre komen ze er op af.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0245y.jpg

Reuzenstormvogel

Na de ontdekking van Amerika in 1492 en de tochten van Vasco da Gama en Magellaan werd de zoektocht naar de laatste witte vlek op de wereldkaart een ware obsessie. In 1513 reeds publiceerde de Ottomaanse zeevaarder Piri Re’is een wereldkaart waarop bezuiden Afrika een kustlijn getekend was die als Antarctica geïnterpreteerd kan worden. In 1775 voltooide James Cook zijn tocht van drie jaar helemaal rond Antarctica – uiteraard in wijzerzin, met de westenwinddrift in de rug – zonder ook maar één keer vasteland te bespeuren.

Uiteindelijk was het vermoedelijk Fabian von Bellingshausen die in opdracht van de Russische tsaar op 27 januari 1820 voor het eerst Antarctica in het vizier kreeg. Al verwerpen de Britten die claim en schuiven zij Edward Bransfield als ontdekker van Antarctica naar voren.

Ongetwijfeld zijn het anonieme zeehondenjagers of walvisvaarders die Antarctica als eersten ontdekt hebben

Maar ongetwijfeld zijn het anonieme zeehondenjagers of walvisvaarders die als eersten het continent ontdekt hebben, besluit Jonathan. Want zij bevoeren deze regio intensief. Maar om commerciële redenen hadden ze er alle belang bij om hun ontdekking voor zich te houden. De locatie van stranden bekend maken waar veel dieren te vinden waren, vonden zij beslist geen goed idee.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0162y.jpg

Wenkbrauwalbatros

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0310y.jpg

Kaapse stormvogel

Op 1 december 1959 werd het Antarctisch Verdrag ondertekend. Militaire activiteit op het continent is sedertdien verboden, vrijheid van wetenschappelijk onderzoek is de norm. Eén van de twaalf stichtende landen is België. Dat België van dat selecte kransje deel uitmaakt, hebben we uitsluitend aan Adrien de Gerlache te danken.

Dat België van dat selecte kransje deel uitmaakt, hebben we uitsluitend aan Adrien de Gerlache te danken

Tegenwoordig zijn er op Antarctica een vijftigtal stations actief. ’s Zomers werken daar een duizendtal mensen, ’s winters een twintigtal. Jonathan kan er van meespreken, enkele jaren geleden was hij een van hen. Maar ook toeristen zijn actief op dit continent. Jaarlijks komen er ongeveer veertigduizend per boot aan.

Om dat in goede banen te leiden, werd in 1991 de IAATO opgericht, de International Association of Antarctic Tour Operators. Veilig, duurzaam en milieuvriendelijk toerisme in Antarctica organiseren, dat is de voornaamste bekommernis van de touroperators die erbij aangesloten zijn.

Antarctica ongerept achterlaten is dus de boodschap. Niets meenemen, niets achterlaten, zelfs niets verliezen, houdt Jonathan ons nogmaals voor. Historische relicten laten we ongemoeid, zelfs als ze niet meer in gebruik of grotendeels ontmanteld zijn.

Paden zijn er niet op Antarctica, toch horen we steeds de paden te volgen. Dat wil zeggen, de trajecten die onze begeleiders met rode vlaggetjes zullen uitzetten. Twee gekruiste vlaggetjes betekenen dan weer verboden doorgang.

Begroeiing zullen we uiterst zelden ontmoeten, maar als ze er is, mogen we er niet op trappen. Dat is immers fataal voor de tere plantjes. Voetafdrukken kunnen tientallen jaren later nog zichtbaar zijn.

Bang van mensen zijn de dieren op Antarctica geenszins. Dat is op z’n zachtst gezegd merkwaardig te noemen, want zeehondenjagers en walvisvaarders zijn hier al langs geweest. En dat was beslist niet om de dieren te voederen. Maar hoe aaibaar ze ook zijn, steeds horen we een respectabele afstand aan te houden, teneinde de dieren niet te verontrusten. Minstens vijf meter dus. Want dit is hún land, wij zijn enkel de gasten.

Organisch materiaal op de kusten introduceren of van het ene eiland naar het andere transporteren is uiteraard geen optie. Laarzen vooraf en achteraf ontsmetten zal dan ook bij elke landing tot ons vast ritueel behoren.

Laarzen vooraf en achteraf ontsmetten zal bij elke landing tot ons vast ritueel behoren

Maar ook dat volstaat niet om contaminatie te voorkomen. De biosecurity procedure schrijft voor dat we alle spullen die elders in open lucht geweest zijn, grondig reinigen – mutsen, rugzakken, cameratassen, fotostatieven en dergelijke. In het bijzonder klittenbandstrookjes vergen extra aandacht. Gedisciplineerd gaan we in de lounge met de stofzuigers aan de slag.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\04 Straat Drake\Heel goed\ANTA0257x.jpg

Straat Drake

Ondertussen is de zon door de wolken gebroken. Een zonnige namiddag wordt het, de oceaan pronkt met haar prachtige blauwe kleur. De openluchtjacuzzi en de fitnessruimte liggen er verlaten bij, de bar en de bibliotheek kunnen op wat meer belangstelling rekenen.

De wind is wat gaan liggen. Dat is goed nieuws, want het schip deint nu minder. We schieten ook beter op, naar verwachting zit onze allereerste landing er morgen omstreeks drie uur aan te komen. Maar dat is ook slecht nieuws, want de zeevogels laten het afweten. Ze zijn elders op zoek gegaan naar meer wind en een betere thermiek.

In 1820 werd de Essex in deze zuidpoolwateren door een potvis met opzet geramd en tot zinken gebracht

De avond reserveren we voor de lotgevallen van de Essex, een walvisjager uit het Amerikaanse Nantucket. In 1820 werd hij in deze zuidpoolwateren door een potvis met opzet geramd en tot zinken gebracht. Herman Melville schreef er zijn bestseller Moby Dick over. Ron Howard verfilmde het epos nogmaals in 2015 onder de titel In the Heart of the Sea. Op tv de wederwaardigheden van de zeelui bij storm en ontij aanschouwen, terwijl ons schip zachtjes op de golven deint – een aparte ervaring is het.

Top

Donderdag 25 januari | Straat Drake

Gedaan met luieren, het leven aan boord is aan drastische ingrepen ten prooi, want er is werk aan de winkel. Voortaan zullen we elke dag zonder mededogen gewekt worden. Een taak waarvan Bettina, het Duitse staflid, zich met ongezond enthousiasme zal kwijten. Via de intercom zal ze ons elke ochtend om zeven uur met een mix van muziek en milde ironie bestoken. Alleen een omfloerste Zarah Leander-stem ontbreekt nog.

Voortaan zullen we elke dag zonder mededogen gewekt worden. Een taak waarvan Bettina zich met ongezond enthousiasme zal kwijten

Tijdszones bestaan overigens niet op Antarctica. Schepen hanteren doorgaans de tijd van de haven waaruit ze vertrokken zijn. Voor ons is dat dus Argentijnse tijd.

Omstreeks drie uur vannacht zou er even zware golfslag geweest zijn. Daar hebben wij niets van gemerkt, al laat de deining zich bij het ontwaken nog altijd goed voelen. Het zicht is beperkt, een fijne, lichte motregen miezert uit de dichte, grijze bewolking naar beneden.

Poolreizen zit de nazaten van Adrien de Gerlache kennelijk in het bloed – althans zijn nakomelingen uit zijn tweede huwelijk met de Zweedse Elisabeth Höjer. In 1957 was hun zoon Gaston één van de drijvende krachten achter de tweede Belgische expeditie naar Antarctica.

Vandaag stelt Thibaut de Briey, kleinzoon van Gaston, ons in de lounge de film L’Antarctique en héritage voor. Die is van de hand van zijn neef Henri de Gerlache, ook al een kleinzoon van Gaston. Rode draad doorheen de film is een lang interview met grootvader Gaston.

Verrassenderwijs begint het verhaal over de poolreizen van Adrien en Gaston met een duik in de Noorse kustwateren. Want daar is het, in de omgeving van het stadje Harstad, dat de Belgica sedert een Duitse luchtaanval in 1940 op de zeebodem rust.

Van het wrak van de Belgica gaat het naar de expeditie van Adrien – de financiering, de rekrutering, de lange tocht naar het zuiden, de overwintering op Antarctica, de bevrijding uit het ijs, de terugkeer naar België. Heel de winter door zijn ze aan boord van de Belgica metingen blijven doen. Tweehonderd wetenschappelijke artikelen vloeiden daar achteraf uit voort.

Zestig jaar later, in 1957, was het dus Gastons beurt. Onder zijn leiding vertrok weerom een Belgische expeditie naar Antarctica, ditmaal om er de Koning Boudewijnbasis op te richten.

Bijna liep dat faliekant af toen hun vliegtuig tijdens een verkenningstocht een sastrugi raakte, herinnert Gaston zich

Bijna liep dat faliekant af toen hun vliegtuig tijdens een verkenningstocht een sastrugi raakte, een steile ijsmuur opgeworpen door de wind, herinnert Gaston zich. Het waren Russen van het Vostokstation – 2 800 km daarvandaan – die hen tien dagen later met een C47 uit de nood kwamen helpen.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0352y.jpg

Pinguïn

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\04 Straat Drake\Heel goed\ANTA0360x.jpg

De eerste ijsschots

Een gelijkaardig scenario diende zich enkele maanden later aan, toen de boot die de Belgen moest komen aflossen, de basis niet kon bereiken. Weer boden de Russen hulp aan. Dat konden de Amerikanen niet over zich heen laten gaan. Prompt lieten ze een ijsbreker aanrukken. Het was de tijd van de koude oorlog, monkelt Gaston. Enkele maanden na het interview zou hij in 2006 in Oost-Vlaamse Oudenaarde overlijden, 87 jaar oud.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica\04 Straat Drake\ANTA0348x.jpg

Pinguïns

Even voor twaalf is in de verte heel even een waterfontein waarneembaar. Kenners identificeren een orka als de dader, al laat het dier zelf zich niet zien. Dan springen de glimmende ruggen van pinguïns uit het water te voorschijn. Als dolfijnen klieven ze pijlsnel door het water, af en toe naar lucht happend.

 

D:\DataFoto\Foto's - Reizen\2018-01-21 Antarctica (herschikt)\04 Straat Drake\Best Of\ANTA0341y.jpg

Land in zicht… of toch bijna

Eindelijk naderen we land, daar kan geen twijfel meer over bestaan. Al valt daar voorlopig aan de einder nog niets van te bespeuren.

Top

Jaak Palmans
© 2018 | Versie 2021-11-09 11:37

Lees het vervolg in (2/5)

Een nachtje in een sneeuwkuil