Het begon allemaal in Chalcedon
Armenië | Anno 2017
Zaterdag 15 juli | Tbilisi
Zondag 16 juli | Tbilisi – Dilidzjan
Zaterdag 15 juli | Tbilisi
Het is me wat, daar in de Kaukasus. Tsjetsjenië, Ingoesjetië, Tsjerkessië, Nagorno-Karabach, Abchazië, Zuid-Ossetië, … stuk voor stuk lijken die namen symbool te staan voor eeuwige heibel. Maar hoe de vork er precies in de steel zit, daar weten we nauwelijks iets van – behalve dat Vladimir Poetin er graag een stevige vinger in de pap houdt.
Begin er maar eens aan als je de naam van je land zowel als Georgia, Грузия en საქართველო moet kunnen schrijven
En toch. Te midden van deze heksenketel weten Armenië en Georgië een fragiele vorm van rust en stabiliteit in stand te houden. Enthousiast serveren ze hun schitterend cultureel verleden en hun fantastisch natuurlijk kader aan al wie daarvan wil genieten. Maar voor ons is het een duik in het onbekende.
Meer dan benieuwd landen we op Tbilisi International Airport. Een lokale incarnatie van Harry Potter staat er ons op te wachten. Het blijkt Rati te zijn, onze Georgische gids, zesentwintig jaar jong. De taal van Shakespeare vloeit vlekkeloos uit zijn mond. Daarnaast beheerst hij het Russisch en uiteraard het Georgisch. Geen evidentie, want die drie talen hanteren drie verschillende alfabetten. Begin er maar eens aan als je de naam van je land zowel als Georgia, Грузия en საქართველო moet kunnen schrijven.
Toch zal ons verblijf in Georgië van zeer korte duur zijn. Want in feite zijn we naar Armenië op weg. Pas over een week zullen we naar Georgië terugkeren om dit land wat grondiger te verkennen. Rati laat het niet aan zijn hart komen en steekt meteen van wal. Want voor een Georgiër is elke gast – elk van ons dus – iemand die door God gezonden is. Als blijk van gastvrijheid kan dat tellen. We rechten de ruggen in de hoop nog meer fraais over onszelf te vernemen.
Iets minder dan vier miljoen Georgiërs telt Georgië vandaag. Daar mag je de diaspora van nog eens 800 000 Georgiërs in het buitenland bijtellen. Sommigen daarvan hebben eerbare bedoelingen, meer bepaald geld in het laatje brengen voor hun straatarme familie. Anderen zijn ordinaire criminelen op de vlucht. Want als je lid was van de maffia, dan maakte je je in 2004 best uit de voeten toen Micheil Saakasjvili aan de macht kwam en zijn operatie grote schoonmaak inzette.
Voor een Georgiër is elke gast – elk van ons dus – iemand die door God gezonden is
Van de Georgische bevolking bekent het overgrote deel – meer dan tachtig procent – zich tot de Georgisch-Orthodoxe Kerk. Geen evidentie als je bedenkt dat Georgië samen met Armenië volledig door islamitische volkeren omgeven is. Christelijke eilanden in een zee van moslims dus. Al onderscheiden ze zich ook van andere christenen. Hun overledenen gedenken ze op tweede paasdag, Kerstmis vieren ze op 7 januari, Nieuwjaar op 14 januari. De Georgisch-Orthodoxe kerk bepaalt haar feestdagen immers nog steeds op basis van de Juliaanse kalender.
Gelovig zijn betekent niet noodzakelijk wekelijks ter kerke gaan. Toch kan je elke dag een mis bijwonen, en op zondag zelfs een grote mis. Die wordt dan over twee uur uitgesponnen. Al die tijd staan de kerkgangers recht. Stoelen zal je in een Georgische kerk vergeefs zoeken.
Dat Georgiërs erg conservatief zijn, geeft Rati grif toe, maar fundamentalistisch zijn ze beslist niet. Het traditionele gezin is in Georgië de norm. Man en vrouw hebben elk hun eigen, vaste rol. Genderpatronen zitten diep ingebakken. Vooral op het platteland wordt een andere geaardheid niet getolereerd.
Heel even kon Georgië in 1918 van zijn onafhankelijkheid genieten, maar de piepjonge Sovjet-Unie maakte daar drie jaar later korte metten mee. Tot 1991 zou Georgië tegen wil en dank deel uitmaken van de USSR. Eén van Rati’s grootvaders leefde van 1918 tot 1993. Geboren én gestorven in een onafhankelijk Georgië, heeft hij vrijwel zijn hele leven onder het Russische regime gesleten.
In tegenstelling tot het Armeens maakt het Georgisch geen deel uit van de Indo-Europese talen. In feite is het officiële Georgisch één van de vier dialecten die door Georgiërs gesproken wordt. De facto is het tot standaardtaal verheven.
Abchazië en Zuid-Ossetië gedragen zich de facto als onafhankelijke staten
Een onmogelijke taal lijkt het ons. Medeklinkers worden zo te zien in lukrake volgorde tegen elkaar geplakt. Dat levert gedrochten zoals Mktvari, Mtscheta of Shiomgvime. Hier past overigens meteen een waarschuwing voor de argeloze lezer. Pogingen om tegen beter weten in Georgische namen uit te spreken kunnen de tong ernstige schade berokkenen. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat jongeren graag Engels spreken, terwijl ouderen vaak nog een aardig mondje Russisch praten.
Rusland, Azerbeidzjan, Armenië en Turkije. Dat zijn de buren van Georgië. Enkel met de Russen zijn de relaties slecht. Barslecht, om precies te zijn. Want het zijn de Russen die Abchazië en Zuid-Ossetië van Georgië losgeweekt hebben. Samen vormen die twee regio’s bijna één vijfde van het grondgebied, maar in de praktijk heeft de Georgische overheid er niets meer te zeggen en gedragen ze zich de facto als onafhankelijke staten. Ooit was de lange kuststrook rond Batoemi aan de Zwarte Zee voor de Russen wat de Franse Rivièra voor de Europeanen was. Maar tegenwoordig valt Sotsji die eer te beurt – ook al een stad die de Russen van Georgië afgepakt hebben, foetert Rati.
Tegenwoordig slaagt Georgië er zelfs in om wijn naar Europa te exporteren
Met een oppervlakte van 69 700 km² is Georgië bijna tweemaal zo groot als België – Abchazië en Zuid-Ossetië uiteraard meegerekend. Landbouw moet het in dit land vooral van tarwe, aardappelen, druiven, kool, uien en tomaten hebben. Maar ook de wijnproductie begint hoge toppen te scheren. Tegenwoordig slagen ze er zelfs in om wijn naar Europa te exporteren. Ook Georgisch mineraalwater wordt in het buitenland gewaardeerd, vooral het fameuze water van Bordzjomi, de plaatselijke versie van Spa.
Gaandeweg dringen we het oude stadscentrum van Tbilisi binnen, waar de machtige Mktvari de dichtbevolkte vallei domineert. De rivier die haar weg door de bergen eet, is de diepere betekenis van die onuitspreekbare naam. Want de Mktvari baant zich via de kloof van Bordzjomi een weg door de Kleine Kaukasus om zo uiteindelijk via Azerbeidzjan onder de naam Koera in de Kaspische Zee uit te monden.
De statige Roestavelilaan – de Champs-Élysées van Tbilisi – voert ons naar onze eindbestemming. Bijna half zes is het als chauffeur Vano ons voor het hotel dropt. Biljetten van de lokale munt bemachtigen is nu onze eerste bekommernis. Dat blijkt de lari te zijn – de grapjes over de apekool zijn niet van de lucht. Die lari wordt dan nog eens opgedeeld in 100 tetris. In het wisselkantoor blijkt een euro 272 lari waard te zijn.
Zondag 16 juli | Tbilisi – Dilidzjan
Pal zuidwaarts gaat het vandaag tot in de grensstad Sadachlo, een rit van ongeveer tachtig kilometer. Daar zullen onze Armeense begeleiders ons opwachten. Het is zonnig en warm, het rustige zondagsverkeer legt ons geen strobreed in de weg. De asfaltweg oogt vrij comfortabel, met hier en daar wat onzorgvuldig lapwerk en geregeld een nijdige verkeersdrempel.
Vijf kwartier slechts zal de rit duren, maar dat zal Rati niet beletten om ons in zijn gedreven stijl over lief en leed in Georgië te onderhouden. Want hij mag dan pas in 1991 geboren zijn, de barre tijden van vroeger heeft hij nog net meegemaakt. Elektriciteit en water waren toen luxeproducten waar je hooguit enkele uren per dag van mocht genieten. De wegen waren abominabel, werkloosheid en armoede tierden welig.
En toen kwam de Rozenrevolutie. Wekenlange straatprotesten tegen de verkiezingsfraude dwongen president Edoeard Sjevardnadze in november 2003 tot ontslag. Nieuwe verkiezingen brachten Micheil Saakasjvili aan de macht.
Vier oorlogen heeft Georgië de laatste vijfentwintig jaar gekend
En zie, plots bleek het wel mogelijk om water en elektriciteit zonder onderbrekingen te leveren, stelde het volk met verbazing vast. Een normaal leven leek in het verschiet te liggen. Ook het wegennet ging er zienderogen op vooruit – iets waar wij nu nog altijd van profiteren, voegt Rati eraan toe. Al moet je dat laatste nu ook weer niet overdrijven, nuanceren wij schuddebollend.
Saakasjvili voerde een nultolerantie voor criminaliteit in, wat de straten opnieuw veilig maakte. Volgens sommige bronnen leidde dat zelfs tot een draconische rechtspraak, waar aangeklaagd worden bijna gelijkstond met schuldig bevonden worden.
Ook de pensioenen werden opgetrokken. Waar dat voorheen een onvoorstelbare zeven lari per maand bedroeg, is dat nu een iets minder schamele honderdtachtig lari. Met heel veel moeite kom je daar twee weken mee rond. Dat mensen ook na hun pensioen blijven werken, ligt dan voor de hand.
In de verkiezingen van 2013 moest Saakasjvili echter het onderspit delven. Hij week uit naar Oekraïne waar hij gouverneur werd van Odessa, een havenstad aan de Zwarte Zee. De reactie uit Georgië volgde prompt – het Georgisch staatsburgerschap werd hem ontnomen. Anderhalf jaar duurde het vooraleer hij er in Oekraïne de brui aan gaf. Corruptie bestrijden is onbegonnen werk, zo luidde zijn verklaring, want zelfs de Oekraïense president is erbij betrokken.
Zijn vrouw Sandra Roelofs, van Nederlandse afkomst, woont nog steeds in Georgië. Twee van de vier Georgische dialecten spreekt ze vloeiend. Dat levert haar nogal wat sympathie bij de bevolking op.
Vier oorlogen heeft Georgië de laatste vijfentwintig jaar gekend, waarvan drie in separatistische gebieden. Telkens zaten Russische politici daar achter, foetert Rati.
Neem nu Zuid-Ossetië. Alleen al door die naam te gebruiken, doe je de waarheid geweld aan en neem je positie in. Want Ossetiërs vind je alleen aan de noordzijde van de Kaukasus. Hun trekken zijn niet Kaukasisch maar Mongools. Ten zuiden van de Kaukasus vind je alleen mensen met Kaukasische trekken – heuse Georgiërs dus. Conclusie: het zogenaamde Zuid-Ossetië is volwaardig Georgisch.
Maar de Sovjets zagen dat anders. In 1984 boorden ze een tunnel dwars door de Grote Kaukasus. Die 3,7 km lange Rokitunnel verbond het Russische Noord-Ossetië met het zogenaamde Zuid-Ossetië en zou in de vijfdaagse oorlog van 2008 een doorslaggevende rol spelen.
Kleine versieringen op de voordeur van sommige huizen wijzen erop dat een huwbare dochter beschikbaar is
Ondertussen hebben we de brede vallei van de Debed bereikt. Hier en daar zijn kleine versieringen aangebracht op de voordeur van een huis. Een signaal is dat voor vrijgezellen met appetijt. Achter deze deur is namelijk een huwbare dochter beschikbaar. Belangstellenden mogen altijd aankloppen om een kijkje te nemen en de waar te keuren.
Heroïsch is dan weer de forse sculptuur van een vrouw met twee kinderen naast de weg. Krampachtig turen ze naar de horizon, alsof daar een betere toekomst in aantocht is. “Zo zullen ze vooruitgaan”, luidt het onderschrift. Waarmee bedoeld wordt dat ze in de voetsporen horen te stappen van hun echtgenoot en vader die in de strijd gesneuveld is.
Wat Georgië betreft, ligt de toekomst in Europa – zeer tot ongenoegen van Vladimir Poetin, uiteraard. Dat blijkt uit de vele vlaggen van de Europese Unie die vrolijk naast Georgische vlaggen wapperen. Recent heeft Georgië zelfs een diplomatiek succesje geboekt. Vanaf dit jaar is de Europese Unie voor Georgiërs immers zonder visum toegankelijk. Zolang het maar tegen Rusland is, is het goed, vat Rati de gangbare perceptie samen.
Stipt om 10 u. komt de grenspost van Sadachlo in zicht. Dat betekent voorlopig afscheid nemen van Rati. Het aanschuiven voor een exitvisum blijkt erg mee te vallen, in een vloek en een zucht zitten we terug in de bus. Dwars door het niemandsland voert chauffeur Nukri ons over de Debed, die hier de grens tussen Georgië en Armenië blijkt te vormen. Ruim een kilometer verder dropt hij ons met onze bagage voor de Armeense grenspost en maakt rechtsomkeer.
Ook het Armeense stempeltje verschijnt vrij vlot in onze paspoorten. Even later worden we door een stralende Siranush Piloyan begroet, onze Armeense gids. Maar die naam acht ze te moeilijk voor ons, ze moedigt ons aan haar Sira te noemen. Kennelijk komen we niet al te schrander uit de hoek. Werk aan de winkel dus.
Geld wisselen heeft heel wat meer voeten in de aarde, maar twintig minuten later zijn we dan toch een bundeltje drams rijker. Eén euro blijkt 537 dram waard te zijn.
Tussendoor vertrouwt Sira ons toe dat ze 26 is, een linguïstische en juridische opleiding achter de rug heeft en zeven jaar ervaring heeft als gids. Een studieloopbaan in sneltreinvaart lijkt ons dat. Op de parking staat chauffeur Valera ons met zijn Mercedesbusje op te wachten. Een van de beste chauffeurs van Armenië noemt Sira hem.
Vallei van de Debed
Terwijl we onze weg stroomopwaarts langs de Debed voortzetten, serveert Sira Armenië voor beginners. Een zeekust kent het land niet, wel vier buurlanden – Georgië, Iran, Azerbeidzjan en Turkije. Met de buren in het noorden en het zuiden zit het snor. De relaties met Georgië en Iran zijn immers vrij goed.
In het oosten en het westen daarentegen kan je niet eens van relaties spreken. Want met Azerbeidzjan en Turkije leeft Armenië op voet van oorlog. Dat heeft alles te maken met Nagorno-Karabach, het gebied dat Armenië in 1994 aan Azerbeidzjan ontfutselde. Als trouwe bondgenoot van Azerbeidzjan is ook Turkije daar behoorlijk ontstemd over. Bovendien zijn beide landen islamitisch, terwijl Armenië christelijk is, en verschilt het Azerbeidzjaans nauwelijks van het Turks. Het gevolg van dat alles is dat je Armenië de facto bijna uitsluitend via Georgië binnenkomt. Zoals wij dus.
Zelf noemen de Armeniërs hun land Hayastan, naar Hayk, de legendarische stichter van Armenië. Een achterachterkleinzoon van Noach was dat, de Bijbelse figuur die na de zondvloed zijn ark op een hoge berg zag stranden. Dat die berg de Ararat was, daar twijfelt geen Armeniër aan. Voor Armeniërs is deze uitgedoofde vulkaan heilig. Zijn naam betekent Plaats van de schepping. Met 5 137 m is het de hoogste berg van het Midden-Oosten. Zijn silhouet prijkt op bankbiljetten en op het nationale wapenschild.
Driewerf helaas. Sedert 1920 ligt de Ararat in Turkije. Dat hebben de Russen en de Turken onder hun tweetjes zo bedisseld. Gelukkig kan je de berg vanuit de hoofdstad elke dag in al zijn glorie waarnemen, al ligt hij daar vijftig kilometer vandaan en werkt de bewolking niet altijd mee.
Toch vormt de Ararat nog steeds het geografische middelpunt van het Armeense hoogland, als je tenminste de Armeniërs mag geloven. Daarvoor beroepen ze zich op Groot-Armenië, het koninkrijk dat zich in de eerste eeuw voor Christus van de Middellandse tot de Kaspische Zee uitstrekte. Maar wat de Armeniërs vandaag nog altijd West-Armenië noemen, noemen de Turken Oost-Anatolië – Turks grondgebied dus. Tegenwoordig bedraagt de oppervlakte van Armenië nog slechts 29 743 km², ruim tien keer minder dan het historische Groot-Armenië en zelfs iets minder dan België.
Met buurlanden Azerbeidzjan en Turkije leeft Armenië op voet van oorlog
Drie miljoen inwoners telt Armenië, maar dat is niet eens de helft van alle Armeniërs. Want het gros woont in het buitenland. Dat moeten er ongeveer zeven miljoen zijn, waarvan 2,5 miljoen in Rusland en 1 miljoen in de USA. En daar zijn best wat klinkende namen met Armeense roots tussen, zoals Charles Aznavour, Cher, Herbert von Karajan, Andre Agassi, Garri Kasparov, Kim Kardashian.
Dat in Armenië het Armeens de officiële taal is, verbaast ons niet echt. Ze wordt door 96 % van de bevolking gebezigd. Daarnaast spreken de meesten wel een mondje Engels of Russisch. Armeniërs hanteren zelfs een eigen alfabet en schrijven Երևան als ze eigenlijk Jerevan bedoelen.
Jerevan mag je overigens één van de veiligste steden ter wereld noemen, weet Sira. De politie is er niet eens gewapend, ze heeft enkel EHBO-materiaal mee. De lokale bevolking noemt hen daarom engelen.
In 301 werd Armenië het allereerste land ter wereld dat officieel christelijk was
De belangrijkste minderheden in het land zijn Russen, Grieken, joden en jezidi’s. Die laatsten belijden een Koerdische volksreligie. In 2014 haalden ze het wereldnieuws toen ze zich in Noord-Irak op de berg Sinjar in onmenselijke omstandigheden door ISIS omsingeld zagen.
Steeds smaller wordt de vallei, steeds steiler worden de bergwanden terwijl we de Debed stroomopwaarts volgen. In feite dringen we Armenië via zijn laagste punt binnen, ongeveer 400 m hoog. Gemiddeld bevindt het land zich ongeveer 1 500 m boven de zeespiegel.
Ontbossing vormt een ernstig probleem in dit land. Vooral sedert 1988 heeft die enorme proporties aangenomen. Dat schrijft Sira aan aardbevingen toe, maar vooral aan oorlogen en economische blokkades.
Een keerpunt in de geschiedenis van Armenië was het jaar 301, toen koning Trdat III van het christendom de staatsgodsdienst maakte. Meteen werd Armenië het allereerste land ter wereld dat officieel christelijk was. Sedertdien rezen overal te lande de kerken en de kloosters met hun typische Armeense architectuur als paddenstoelen uit de grond.
Als een heuse burcht kijkt het klooster van Achtala van op een hoge bergrug over de vallei uit
Klooster van Achtala
Op zoek naar Achtala, één van die eeuwenoude kloosters, steken we even na elf de Debed over en klimmen langs de bergwand omhoog. Eertijds noemden ze dit Pghindzavank, het kopermijnklooster. Over die naam hoeven we gelukkig onze tong niet meer te breken, tegenwoordig noemen ze het dorpje en het klooster Achtala. Een opwaardering kan je dat niet echt noemen, volgens Sira zou dat de smerige betekenen. Dat is een verwijzing naar de immense milieuverontreiniging die de kopermijn veroorzaakt heeft.
Als een heuse burcht, compleet met vestingmuren en torens, kijkt het klooster van op een hoge bergrug over de vallei uit. Eeuwenlang speelde het immers niet alleen een religieuze, maar ook een militaire rol. Van hieruit werd de noordoostelijke toegang tot Armenië bewaakt.
Klooster van Achtala
Door de versterkte poort, deels gerenoveerd, betreden we het kloosterterrein. De thermometer wijst 33 °C aan. De meeste gebouwen zijn tot ruïnes herleid. Gras woekert hoog rond de verweerde grafzerken. Alleen de Kerk van de Heilige Moeder van God staat al ruim achthonderd jaar quasi ongeschonden overeind. Een erg sober kerkgebouw is het. Ooit prijkte een massieve koepel op het gebouw, maar die heeft de toorn van Timoer Lenk niet overleefd.
Zondagsmis
Door de hoge, open ramen komen liturgische gezangen ons van ver tegemoet. Het is zondag vandaag, dat waren we even vergeten. Stilletjes schuifelen we de kerk binnen. In vol ornaat draagt een priester met mijter er achter een piepklein altaartje de mis op.
Niet meer dan een handvol gelovigen woont de eredienst bij. Maar dat tempert de godsvrucht geenszins. Met veel toewijding en zwier hanteert de acoliet zijn wierookvat, terwijl de priester zijn gebeden prevelt. Zachtjes begeleid door een keyboard brengt het vrouwenkoortje zijn frêle gezangen. Met een half dozijn zijn ze – meer dan er kerkgangers zijn. Eerbiedig hebben ze hun hoofd met een sjaaltje bedekt, want dat hoort zo.
|
Maar het zijn de unieke fresco’s die ons overweldigen. Kale muren zijn immers de regel in Armeense kerken, muurschilderingen zal je er vrijwel nooit aantreffen. Toch kijken we hier tegen fresco’s van een verbluffende kwaliteit aan. Nergens buiten het oude Byzantium vind je betere voorbeelden van Byzantijnse kunst.
Het zijn de unieke fresco’s die ons overweldigen. Kale muren zijn immers de regel in Armeense kerken
Jezus reikt de apostelen het brood aan
Ruim achthonderd jaar na hun creatie hebben de scènes amper aan levendigheid ingeboet. Blauw overheerst in de rijke kleurenweelde. Een imposante kring van heiligen siert de basis van de apsis. Daarboven herkennen we Jezus die zijn apostelen het brood aanreikt. Helemaal bovenaan prijkt de beeltenis van de Heilige Maagd. Kennelijk is ze met opzet zwaar beschadigd – alleen het kind Jezus op haar schoot valt nog te herkennen. Links zien we hoe Pontius Pilatus zijn handen in onschuld wast. Op de achterwand is het Koninkrijk der Hemelen afgebeeld.
Achterwand met het Koninkrijk der Hemelen
Typisch voor een orthodoxe kerk, dachten wij, is de iconostase – een rijk versierde wand, met iconen behangen, die het koor van de rest van de kerk scheidt. Hier heeft een fluwelen gordijn die rol overgenomen, zo lijkt het.
Dat klopt, legt Sira uit. In een Armeense kerk zal je altijd zulk gordijn aantreffen, evenals een beeltenis van de Heilige Maagd. Ontbreekt één van beide, dan is de kerk niet in functie. Doorgaans is het gordijn opengeschoven. Alleen net voor het begin van de mis gaat het even dicht, en ook gedurende de volledige veertigdaagse vastentijd.
|
Overigens is dat niet het belangrijkste strijdpunt waarop de Armeens-Apostolische Kerk zich van andere orthodoxe kerken onderscheidt. Samen met de Koptische en de Ethiopische Kerk behoort ze immers tot de Oriëntaals-orthodoxe kerken. De Georgische kerk daarentegen maakt deel uit van de Oosters-orthodoxe kerken, samen met onder meer Rusland, Bulgarije en Griekenland.
Was Jezus mens, was Hij God of was Hij een beetje van beide?
Oriëntaals-orthodox, Oosters-orthodox? We horen het in Keulen donderen. Sira legt uit, terwijl chauffeur Valera de weg voortzet. Het fameuze Concilie van Chalcedon blijkt de boosdoener te zijn. Binnen het christendom was immers nogal wat onenigheid ontstaan over de ware natuur van Jezus. Was Jezus mens, was Hij God of was Hij een beetje van beide? Zulke meningsverschillen lijken futiel, maar ze hadden al tot het ontstaan geleid van sekten zoals het nestorianisme en het arianisme. Dat moest maar eens gedaan zijn. In 451 werd een concilie samengeroepen om de theologische puntjes op de i te zetten. Dat zou in Chalcedon plaatsvinden, het huidige Kadıköy, een buitenwijk van Istanboel.
Na rijp beraad aanvaardde het concilie de tweenaturenleer als dogma. Die hield in dat Jezus Christus waarlijk God en waarlijk mens is, in twee naturen, onvermengd, onveranderd, ongedeeld en ongescheiden, waarbij de kenmerkende eigenschap van elke natuur bewaard en samengebracht is in één persoon en één hypostase.
Nou moe. Wij zouden het niet aandurven daar iets tegen in te brengen. De Armeniërs wel. Want, toeval of niet, zij zaten net in een oorlog verwikkeld met machtige buren. Om zich de Perzen van het lijf te houden – waar ze overigens niet in slaagden – moesten ze in Chalcedon verstek geven en konden ze er hun standpunt niet verdedigen.
Maar zodra ze de conclusies van het concilie onder ogen kregen, had je de poppen aan ‘t dansen. Een Jezus die zowel volledig goddelijk als volledig menselijk is, dat konden de Armeniërs niet aanvaarden. In Jezus zijn twee naturen samengegaan, poneren zij, met name de goddelijke en de menselijke. Het resultaat daarvan is één godmenselijke natuur, zonder enige scheiding. Geen twee naturen, maar slechts eentje dus. Miafysitisme noemen de kenners dat.
Voor het overige loopt de Armeens-Apostolische Kerk netjes in de pas met de andere orthodoxe kerken. De suprematie en de onfeilbaarheid van de paus van Rome aanvaarden ze niet, de leer van het vagevuur evenmin. Het sacrament van de biecht kennen ze niet, water bij de wijn doen is hier al evenmin gebruikelijk. Aan de Onbevlekte Ontvangenis van Maria en aan haar Tenhemelopneming wijden ze een kerkelijke feestdag, maar daar een dogma van maken vinden ze te veel van het goede. De Tenhemelopneming van Maria noemen ze hier overigens de Ontslapenis.
Maar het is de Heilige Geest die nog steeds voor het grootste twistpunt zorgt
Maar het is de Heilige Geest die nog steeds voor het grootste twistpunt zorgt. Vanaf de achtste eeuw was de Rooms-Katholieke Kerk gaan onderrichten dat de Heilige Geest niet alleen uit de Vader, maar ook uit de Zoon voortkomt. Kenners noemen dat het Filioque. Klopt niet, zeggen de orthodoxe kerken. De Heilige Geest komt uitsluitend uit de Vader voort, via de Zoon. Niet meteen een probleem waar wij van zouden wakker liggen, maar toch voldoende reden voor 250 tot 300 miljoen orthodoxe gelovigen om van mening te verschillen met katholieken, protestanten en anglicanen. Het was de basis van het schisma van 1054.
Vallei van de Debed
Ondertussen worstelt chauffeur Valera met meer aardse problemen. Beneden in de vallei is hij de Debed overgestoken, om meteen aan de overkant langs de berghelling omhoog te klimmen. Maar het verhoopte resultaat blijft uit. Aarzelend maakt hij rechtsomkeer, geregeld vraagt hij passanten de weg.
Klooster van Haghpat
Lang duurt het nu niet meer vooraleer we het klooster van Haghpat in het vizier krijgen. De locatie is alvast veelbelovend – op de rand van het plateau, uitkijkend over de machtige Debedvallei, met in de nevelige verte het stadje Alaverdi.
Sira leidt ons de gavit van de kerk van het Heilig Kruis binnen. De narthex is dat, de voorhal van de kerk. Niet-gedoopte gelovigen mogen de kerk niet betreden, zij komen niet verder dan deze voorhal. In een hoek branden enkele tientallen kaarsen. Elke gelovige zal immers steeds een kaars ontsteken vooraleer een kerk te betreden.
Elke gelovige zal steeds een kaars ontsteken vooraleer een kerk te betreden
Grafsteen |
|
Kaarsen ontsteken |
Talloze zerken van edellieden zijn in de vloer ingewerkt. Het lijkt wel alsof de narthex als mausoleum bijklust. Dat is geen toeval, aldus Sira. Als wij over de grafstenen lopen, worden ons onze zonden ontnomen. Zo kunnen deze edellieden nogmaals tonen dat ze ernaar streven het volk te dienen. Wat haar terloops de bedenking ontlokt dat de tijden wellicht veranderd zijn.
Zondagsmis
Enkele trappen leiden via een smalle deur naar de kerk. Ook hier is net een dienst bezig. De belangstelling is heel wat groter dan daarstraks, het bescheiden kerkje zit eivol.
Opmerkelijk is de hand van God de Vader, waar de duim en de ringvinger een gesloten cirkel vormen
Chatsjkar of kruissteen met Christus aan het kruis |
|
|
Enthousiast maken we in een zijgang kennis met onze allereerste chatsjkar, een rechtstaande, zorgvuldig gegraveerde kruissteen van meer dan twee meter hoog – weten wij veel dat er de komende week nog enkele honderden zullen volgen. Toch is dit een uniek exemplaar. Want ook Christus zelf is op de kruissteen afgebeeld. Dat komt uiterst zelden voor. Meestal wordt enkel het kruis weergegeven.
De bruinrode steen mag dan uit 1273 dateren, zijn oorspronkelijke kleur is amper aangetast. Dat karmijnrood wordt uit de eitjes van de cochenilleluis gewonnen. Nog steeds is dat een belangrijk exportproduct van Armenië. Zelfs Michelangelo wist de kleurvastheid ervan te waarderen.
Opmerkelijk is de hand van God de Vader, waar de duim en de ringvinger een gesloten cirkel vormen. De symboliek is pertinent. De wijsvinger stelt de Vader voor, de middelvinger de Zoon. Deze laatste heeft slechts één natuur, wat blijkt uit de gesloten cirkel tussen ringvinger en duim. De pink ten slotte stelt de Heilige Geest voor.
Kennelijk zijn hier aardewerken kruiken ingegraven, die als natuurlijke koelkast fungeerden
Bibliotheek met kruiken in de vloer |
|
|
Losjes kuieren we over grafzerken naar de vroegere bibliotheek. Eén raam slechts, in het centrum van de koepel, werpt er wat licht binnen. Nissen in de wanden herinneren ons aan de oorspronkelijke functie van de grote ruimte – daar werden de boeken bewaard. Maar de vele ronde gaten in de vloer lijken ons een zonevreemde constructie. Kennelijk zijn hier aardewerken kruiken ingegraven, die als natuurlijke koelkast fungeerden voor de bewaring van voedsel en drank. Wijn binnen handbereik in de bibliotheek, daar kunnen wij ons iets bij voorstellen.
Met een oppervlakte van 330 m² is dit de grootste narthex van Armenië
Klooster van Haghpat – Voorhal
Nog zo’n merkwaardige constructie is de tweede gavit, gesponsord door een zekere Hamazasp, de toenmalige bisschop. Met 330 m² is dit de grootste narthex van Armenië. Toch heeft het vrijstaande gebouw al menige aardbeving overleefd. Vreemd genoeg is het bijbehorende kerkje amper 20 m² groot. Wat het vermoeden doet rijzen dat de bisschoppelijke geldbeugel voortijdig leeg was.
In een kleinere galerij zijn enkele kruisstenen samengebracht. Hier wordt duidelijk dat de kruissteen in zijn primitiefste vorm niet meer dan een kruis was. Wellicht zijn kruisstenen voortgekomen uit heidense drakenstenen die vroeger langs rivieren opgesteld stonden. In 2010 werden chatsjkars op de lijst van immaterieel werelderfgoed opgenomen, naast onder meer de Brugse Bloedprocessie en het carnaval van Binche. Overigens is ook de Mechelse Schuttersvest sinds april 2015 een kruissteen rijk – een blijk van erkenning voor de honderdste verjaardag van de Armeense genocide.
Vrijstaande klokkentoren |
|
|
We klimmen naar de vrijstaande klokkentoren, één van de grootste van Armenië, en laten het indrukwekkende decor op ons inwerken. Hoog op de buitengevel van de kerk wijst Sira een beeltenis aan van Smbat en Gagik, twee prinsen van de dynastie der Bagratoeni. Samen dragen ze een maquette van de kerk. Hun moeder startte de bouw van dit klooster, als koningen zouden ze het achteraf voltooien.
Samen dragen de twee prinsen van de Bagratoeni-dynastie een maquette van de kerk
Smbat en Gagik met een maquette van de kerk
De resten van een refectorium herinneren aan het glorieuze verleden van deze bloeiende kloostergemeenschap. Langs een geheime uitgang konden de monniken zich zelfs uit de voeten maken, mocht er gevaar dreigen.
Maar het is de gedenksteen van Sayat-Nova waar Sira’s sympathie naar uitgaat. Nog steeds razend populair is hij, deze achttiende-eeuwse componist. Geboren in Georgië wist hij zich in Tbilisi aan het hof van koning Erekle II een positie als diplomaat te verwerven. Tot die er achter kwam dat ’s konings zus aan de charmes van Sayat-Nova niet kon weerstaan.
Klooster van Haghpat
Sayat-Nova werd dringend verzocht zijn biezen te pakken. Voortaan zou hij als zingende bard door Armenië reizen en uiteindelijk hier in Haghpat tijdens een belegering door de Perzen sneuvelen. Maar zijn lichaam rust in Tbilisi. Meer dan 200 liederen staan op zijn naam, in het Armeens, het Georgisch, het Perzisch en zelfs in het Azeri. De wijze waarop hij al deze Transkaukasische elementen in één persoon wist te verenigen, lijkt vandaag volkomen ondenkbaar. Voor Sira blijft Sayat-Nova nog altijd in de eerste plaats een Armeniër.
Op de parking blijkt ondertussen zowaar een voertuig met Belgische nummerplaat opgedaagd te zijn. Mongol Rally 2017 lezen we op de motorkap van de Subaru. Een jong stel uit Antwerpen is de uitdaging aangegaan om tussen 3 juli en 25 augustus onder z’n tweetjes van Antwerpen naar het Mongoolse Ulaan Baatar te reizen. Vooralsnog loopt de ambitieuze onderneming op wieltjes, zo vernemen we.
Vallei van de Debed
Een betere stek hadden ze voor restaurant Qefilyan amper kunnen bedenken. Van op de rand van het plateau kijken we over de vallei uit. Traag stroomt de Debed tussen diep doorsneden plateaus naar ons toe. Onze eerste kennismaking met de abondante Armeense keuken wordt dit. Talloze koude voorgerechtjes staan hapklaar op tafel. Onder meer dolma, een bereiding van gehakt vlees en rijst in druivenbladeren. Met Sira en Valera als coaches bekwamen we ons in het rollen van lavasj, de dunne plakken zacht brood waartussen je naar believen groenten en kaas lepelt. Uiteraard komen ook ribbetjes ter tafel, want varkensvlees is de specialiteit van de streek.
Koude voorgerechten met o.m. dolma (vooraan links) |
|
|
Gedenkstenen van de tweede wereldoorlog tref je zowat overal in Armenië aan. Behalve dan in Achtala, weet Sira. Want de mensen hadden daar geen tijd voor, luidt haar verrassende verklaring – dag in, dag uit moest er gewerkt worden.
Achttien verschillende nationaliteiten woonden en werkten hier, vooral Grieken en Fransen. Zoveel koper werd in deze regio gewonnen, dat zo maar even dertien procent van de totale koperproductie van de Sovjet-Unie hiervandaan kwam. Zelfs het koper van het vrijheidsbeeld van New York is uit deze vallei afkomstig. Overigens wordt hier niet alleen koper, maar ook tin en molybdeen ontgonnen.
Dat die industriële activiteit een schaduwzijde heeft, hoeft niet te verbazen. Naar schatting 40 % van de lokale kankergevallen wordt aan de algehele vervuiling van lucht, aarde en water toegeschreven. Op zoek naar iets gezondere lucht zijn veel inwoners van Alaverdi zich op het plateau gaan vestigen, zo’n driehonderd meter boven de rivier.
Toch blijft het armoe troef. Mannen zijn hier in de minderheid. Voor zijn levensonderhoud rekent gemiddeld één gezin op drie op een familielid dat geregeld geld vanuit het buitenland opstuurt. Lagere scholen tellen doorgaans slechts één klasje. Kinderen van alle leeftijden zitten er samen.
Dat alles doet de oudere generatie soms naar de tijd van de Sovjets hunkeren, toen stabiliteit, gratis onderwijs en gratis gezondheidszorg de norm waren. Tegenwoordig mag dan 96 % van de bevolking geletterd zijn, jongeren met een diploma vinden amper werk en trekken vaak naar het buitenland.
Zelfs het koper van het vrijheidsbeeld van New York is uit deze vallei afkomstig
Als om Sira’s verhaal kracht bij te zetten, schuift de koperfabriek van Alaverdi aan het raam voorbij. Constant walmt een smerige rookpluim boven de asgrauwe fabrieksgebouwen. Helemaal bovenaan, op de top van de berg, markeert een bleek litteken de plek van ontginning. Vandaar voert een brede koker het erts langs de helling naar beneden. Troosteloze woonblokken herinneren ons er aan dat de Sovjettijd hier niet echt verleden tijd is.
Even voor drie bereiken we het klooster van Sanahin. Het zusterklooster van Haghpat noemen ze dit. Beide kloosters hebben dan ook veel gemeen. Ze dateren uit dezelfde periode, zijn aan dezelfde twee broers gewijd, kijken van op hun plateau over dezelfde Debedvallei uit en zijn in 1996 samen op de werelderfgoedlijst geplaatst. Zo ver gaat de animositeit tussen beide kloosters dat sommige bronnen de naam Sanahin vertalen als “ouder dan die andere” – ouder dan Haghpat, wel te verstaan.
Waarschijnlijker is dat de naam van het klooster naar Anahit verwijst, de Perzische godin van de liefde en de vruchtbaarheid. Dat dit klooster op de restanten van een tempel voor Anahit gebouwd werd, staat immers buiten kijf.
Eén van de grootste klokkentorens van Armenië is het, opgetrokken uit basaltsteen
Klooster van Sanahin |
|
Apsis van de Sint-Amenaprkitsj |
Ook hier staat de klokkentoren naast en niet op het kerkgebouw. Eén van de grootste klokkentorens van Armenië is het, opgetrokken uit basaltsteen. Via een halfopen gevel betreden we de narthex. Drie heuse beuken telt deze voorhal, het lijkt wel een kerk op zich. Of, iets nauwkeuriger gezegd, een basiliek, gezien het rechthoekige grondplan.
Klooster van Sanahin – Voorhal
Over een vloer barstensvol grafzerken zoeken we de tweede narthex op. Dat is even opletten geblazen, want geen twee zerken liggen op gelijke hoogte. Het lijken wel struikelstenen in plaats van grafstenen.
Voorhal met bewerkte grafstenen
Sculpturen in steen sieren de muren. Ook de grafstenen zijn fraai gegraveerd. Sommige vertonen het gestileerde silhouet van een slang als symbool van de wijsheid.
Grafsteen |
|
Kruis in de apsis |
|
Grafsteen |
Zo belanden we in de Sint-Amenaprkitsj, één van de hoogst gelegen kerken van Armenië. Vermoedelijk ook één van de kaalste, als je het ons vraagt. Tegen een zijwand prijkt enkel een beeltenis van Maria. Van een gordijn is geen spoor. Deze kerk is dus niet in functie. Toch brandt in een hoekje een half dozijn kaarsen.
Chatsjkar of kruissteen |
|
Leeuwenkop |
Zoals alle kerken is ook deze naar het oosten gericht. Daar immers zullen we de Verlosser zien verschijnen als hij op de Dag des Oordeels wederkeert. Naast het koor wijst Sira een restant aan van de tempel van Anahit – het voetstuk van een pilaar wellicht.
Met vijfhonderd waren ze, de monniken die eertijds een vaste stek hadden in Haghpat en Sanahin. Als opleidingscentra genoten de kloosters immers wijd en zijd faam. Uiteenlopende disciplines stonden op het programma, maar het waren vooral de menswetenschappen en dan in het bijzonder de geneeskunde waarin ze excelleerden.
Hier vonden autopsies op menselijke lichamen plaats – nota bene vier tot vijf eeuwen voor Vesalius
De ‘Academie’
Een vrij smalle galerij met hoge nissen aan weerszijden wordt hier de academie genoemd. Dat studenten op de kille, stenen banken plaatsgenomen zouden hebben, terwijl de prof door de enge ruimte heen en weer ijsbeerde, kunnen we ons moeilijk voorstellen. Nog meer verrast zijn we als blijkt dat hier autopsies op menselijke lichamen plaatsvonden – nota bene vier tot vijf eeuwen voor Vesalius daar eeuwige roem mee verwierf. Nochtans laten historische teksten daar geen enkele twijfel over bestaan, als we Sira mogen geloven.
In het scriptorium zijn enkele schitterende manuscripten te bewonderen. Als je geluk hebt tenminste, want de deur is gesloten. Dat is hier eerder regel dan uitzondering. Zeven jaar werkt Sira nu als gids, slechts tweemaal heeft ze het scriptorium langs binnen gezien.
In de orthodoxe liturgie staat de puntige kap van de priester symbool voor de vorm van een kerkgebouw
Kaarsen ontsteken |
|
Orthodoxe priester |
Achter de kloostergebouwen treffen we nog enkele koninklijke mausolea en een hedendaags kerkhof aan. Hier valt pas op hoe de afzonderlijke kloostergebouwen stevig tegen elkaar aanschurken – het scriptorium, de academie, de beide kerken met hun narthex. Toeval is dat niet. Tijdens een aardbeving zullen deze gebouwen steun vinden bij elkaar – een hoogst christelijke gedachte.
Wat ook opvalt, is de hoge graad van verkommering van het buitenwerk. Gevels en vooral daken zijn deels door gras en planten overwoekerd. Meedogenloos tasten hun wortels het cement tussen de stenen aan. Een steiger kleeft werkloos tegen de buitengevel. Soms zijn daar vrijwilligers aan de slag, in een niet-aflatend opzet het onkruid de baas te worden.
Een jongeman wordt gedoopt. Ouders, peter en meter, familieleden en vrienden omringen hem
Heel even zakken we nog naar de Sint-Amenaprkitsj af. Die kerk mag dan niet meer in functie zijn, toch heeft er zich een kleine familiegroep verzameld. Sommigen hebben zelfs cadeautjes mee. Een zestienjarige jongeman zal gedoopt worden, zo blijkt. Ouders, peter en meter, familieleden en vrienden omringen hem.
Een priester gaat voor in het sacrament. Zijn donkere mantel met hoge kap geeft hem iets sinisters – alleen zijn haviksneus en zijn peper-en-zoutbaard zijn goed zichtbaar. In de orthodoxe liturgie staat die puntige kap symbool voor de vorm van een kerkgebouw. Ze is voorbehouden aan priesters die beloofd hebben niet te huwen. Wel of niet huwen, dat is de vrije keuze van de priester voor hij gewijd wordt. Maar zijn belofte geldt voor het leven.
Artem Mikoyan ontwierp en produceerde de MiG-straaljagers. Zijn broer Anastas tekende het executiebevel voor 22 000 Poolse officieren in Katyn in 1940
Monument met MiG voor Artem Mikoyan
Even voor vier zijn we de hort op. Lang duurt dat niet, want na enkele honderden meters stoppen we bij een bizarre constructie – een pilaar met de buste van een man naast een straaljager onder een afdak. Het gebouw iets verderop blijkt het museum van de gebroeders Mikoyan te zijn. Nobele onbekenden voor ons, maar wereldberoemd in de voormalige Sovjet-Unie. Artem, de jongste van de twee, ontwierp en produceerde samen met ene Goerevitsj de MiG-straaljagers die naar hen vernoemd werden. Anastas schopte het tot vertrouweling van zowel Stalin als Chroesjtsjov en Brezjnev. In die hoedanigheid tekende hij onder meer het executiebevel voor 22 000 Poolse officieren in Katyn in 1940 en had hij een stevige vinger in de pap bij de Cubacrisis in 1962.
Dat beide broers ruim een eeuw geleden in Sanahin het levenslicht zagen, lijkt hier niet meteen gevoelens van trots op te wekken. Financieel heeft het museum het niet al te breed, maar de Armeense overheid staat niet te springen om daar iets aan te verhelpen.
Vallei van de Debed
Samen met de buste kijken we over weiland uit dat zachtjes over het plateau glooit. Enkele paarden staan er te grazen. Een boer haalt met zijn tractor balen hooi op. Niets laat vermoeden dat net achter dit bucolisch tafereel het groezelige Alaverdi in een diepe kloof ligt te verloederen.
Dilidzjan is nu onze bestemming. Ver is dat niet, slechts iets meer dan 80 km. In theorie althans. Want in de praktijk is de hoofdweg al twee jaar buiten gebruik en zal het nog twee tot drie jaar duren vooraleer hij helemaal heraangelegd is. Een kleine omweg wordt het dus, via Stepanavan en Vanadzor, ongeveer 35 km extra.
Dat wordt klimmen over de meer dan tweeduizend meter hoge Poesjkinpas. Geen probleem, ware het niet dat we enige argwaan zijn gaan ontwikkelen over de staat van de motor van de bus. Echt snedig kan je het niet noemen, het tempo waarmee dit voertuig de hellingen tackelt.
Niet alleen figuurlijk, ook letterlijk verzamelen zich almaar donkerder wolken boven onze hoofden. Toch blijft regen voorlopig uit. Dan daagt tot onze opluchting plots een tunnelmond voor de bus op. Twee kilometer lang is deze tunnel, hij bespaart ons de laatste tweehonderd hoogtemeters.
Zo belanden we in Vanadzor. Amper twintig kilometer westwaarts ligt Spitak, het stadje dat in 1988 de wereldpers haalde nadat het door een aardbeving volledig verwoest werd. Maar onze bestemming ligt oostwaarts. Waar precies, dat is zelfs voor Valera – één van de beste chauffeurs van Armenië, menen we ons vaag te herinneren – een groot vraagteken.
Door zulke futiliteiten laat Valera zich uiteraard niet afschrikken. Geregeld brult hij “Dilidzjan! Dilidzjan!” door het open raampje naar voetgangers die aan de overkant van de straat onze doortocht staan te observeren. Die reageren met enkele vage armgebaren waaruit we hooguit kunnen afleiden dat we waarschijnlijk ongeveer op de goede weg zitten. Volkomen gerustgesteld waggelen we verder door een eindeloze reeks putten. Zelfs Sira is enthousiast – kirrend maakt ze kennis met een stukje Armenië dat ze voorheen nog nooit gezien heeft.
De aanhouder wint. Uiteindelijk belanden we op de M8 die ons oostwaarts voert. In een brede vallei kijken we uit over de geblokte huizen van Lermontov en Margahovit, omgeven door uitgestrekte velden vol weelderig groene gewassen. Een naarstige boerenbevolking is hier aan de slag, zoveel is duidelijk.
Op orthodoxe vastendagen – tweehonderd dagen per jaar dus – drinken de Molokan uitsluitend melk
Lermontov
Molokan, melkdrinkers, zo worden deze boeren een beetje spottend door de buitenwereld genoemd. Zelf noemen ze zich liever spirituele christenen. Op het geïnstitutionaliseerde formalisme van de orthodoxe kerk hebben ze het niet begrepen. Liever streven ze een persoonlijke spirituele praktijk na. Hun poging om terug aan te knopen bij het christendom zoals het oorspronkelijk was, heeft tot heel bijzondere tradities geleid. Zo zullen ze op orthodoxe vastendagen – tweehonderd dagen per jaar dus – uitsluitend melk drinken. Daar danken ze hun schimpnaam aan.
Zoals zoveel geïsoleerde gemeenschappen zijn ook de Molokan erg conservatief. Onderwijs wordt als tijdverlies gezien. Naar tv kijken is helemaal niet aan de orde. Trouwen doen ze in principe onder elkaar. Is er dan toch een Armeens meisje dat met een Molokan trouwt, dan zal ze zich eerst bekeren.
In het orthodoxe Rusland werden de Molokan amper gedoogd. Met duizenden emigreerden ze, al dan niet vrijwillig. Tegenwoordig leven er zo’n dertigduizend in Armenië. In deze vallei verdienen ze de kost met het telen van wortelen, kool en aardappelen. Die verkopen ze dan in de stad. Maar ook als poetspersoneel zijn ze gegeerd. Want ze zijn proper en eerlijk, is Sira’s veelbetekenende verklaring.
Kreunend hijst onze bus zich ondertussen tergend traag tegen flauwe hellingen omhoog. Gelukkig vallen er geen fietsers te bespeuren die ons met een hoonlachje zouden kunnen voorbijsteken. Dat deze bus een ernstig probleem heeft, is nu wel duidelijk.
Zijn wijnen, zijn tapijten, zijn vogels – Sira wordt lyrisch naarmate we Dilidzjan naderen, onze stek voor vannacht. Ongeveer driehonderd soorten vogels kan je hier aantreffen, claimt ze terwijl we door de smalle, dicht beboste vallei van de Aghstev onze bestemming naderen. Speciale tours voor vogelliefhebbers zijn hier schering en inslag.
Als het paradijs zou bestaan, dan zou het zich in Dilidzjan bevinden. Zeg dat Maksim Gorki het gezegd heeft
Als het paradijs zou bestaan, dan zou het zich in Dilidzjan bevinden. Zeg dat Maksim Gorki het gezegd heeft. Klein Zwitserland noemen ze dit gebied ook. Die koosnaampjes heeft de regio aan zijn bossen te danken, maar ook aan zijn biodiversiteit, zijn rivieren en meren, en zijn bronnen met geneeskrachtig mineraalwater. In 2002 hebben ze van dit paradijs een erkend nationaal park gemaakt.
Vreemd genoeg willen ze van Dilidzjan nu ook het financieel centrum van Armenië maken. In 2013 zijn daartoe nogal wat activiteiten van de Centrale Bank naar hier overgeheveld. Personeelsleden die bereid waren hun bank te volgen, kregen gratis een huis ter beschikking. Na vijf jaar trouwe dienst wordt dat hun eigendom.
Jaak Palmans
© 2017, 2020 | Versie 2021-11-06 20:28
Lees het vervolg in (2/7)