Drie mannelijke spelen
Mongolië | Anno 2013
Donderdag 11 juli | Ulaanbaatar
Donderdag 11 juli | Ulaanbaatar
Eindelijk is de grote dag aangebroken – Mongolië viert zijn onafhankelijkheid. Op 11 juli 1921 dreven de Mongolen immers de Chinezen het land uit, met wat bijstand van de Russen weliswaar. Op straat kan je er dan ook niet naast kijken. Vandaag wordt de 92e verjaardag van de Volksrevolutie van Mongolië gevierd, de 807e verjaardag van het Groot Mongools Rijk, de 2222e verjaardag van de Mongoolse soevereiniteit. Goed de tel bijhouden, dat is voor Mongolen kennelijk geen problemen.
Maar al die historische overwegingen zijn futiel. Vandaag draait alles immers rond Naadam. Een lokale versie van de Olympische spelen is dat, inclusief openingsceremonie, maar dan uitsluitend voor Mongoolse mannen. Voluit heet het festival immers Eriin Gurvan Naadam, de Drie Mannelijke Spelen. Enkel worstelen, boogschieten en paardrijden komen er aan bod. Niet geheel toevallig disciplines waarin elke Mongoolse krijger hoorde uit te munten.
Niet geheel toevallig disciplines waarin elke Mongoolse krijger hoorde uit te munten
Al vanaf 7 uur in de ochtend zijn de lokale incarnaties van Catherine Van Eylen en Eddy Demarez op MNB – Mongolian National Broadcoaster – druk in de weer met voorbeschouwingen over de wedstrijden. Buiten op straat schallen schreeuwerige luidsprekers.
|
|
|
|
Even voor negen staan we aan Gate 5 te wachten. Het is dichtbewolkt, maar het regent niet. Standhouders brengen hun eet- en drankstalletjes in gereedheid, tv-ploegen sleuren camera’s en statieven aan, vuilnismannen inspecteren vuilnisbakken, politieagenten patrouilleren te paard, anonieme veiligheidsagenten in pak en das proberen tevergeefs niet op te vallen. Gestaag groeit de wachtende menigte aan.
Jong… |
|
|
|
…en oud |
|
|
Het Naadamfestival dateert al van uit de tijd van de Chinese Han-dynastie, legt reisgids Batmunkh ondertussen uit. Het is dus meer dan 2 000 jaar oud. Soldaten trainen en tot extreme prestaties motiveren, dat was oorspronkelijk de bedoeling. Ook Dzjenghis Khan wilde na een grote veldslag weleens een Naadammetje organiseren. Eenmaal het Groot Mongools Rijk uiteengevallen was, werd Naadam het toneel van felle competities tussen de verschillende stammen.
Ook Dzjenghis Khan wilde na een grote veldslag weleens een Naadammetje organiseren
Te paard bij mijnheer agent |
|
|
|
Vrij recent werd een vierde sport toegevoegd – het schieten met sjagai, enkelbeentjes van schapen. Een botje wordt op een plankje gelegd dat in de ene hand gehouden wordt. Vervolgens wordt het met de middelvinger van de andere hand naar een doel geschoten dat zich 10 m verderop bevindt. Niet meteen krijgshaftig, Dzjenghis Khan zou er beslist de neus voor ophalen.
Vanaf kwart voor tien zwaaien de deuren open. We nemen onze overdekte zitplaatsen aan het zuidoostelijke uiteinde van het stadion in en laten de omgeving op ons inwerken. Langs alle kanten stroomt het volk het stadion binnen. Piekfijn uitgedost zijn ze, ze vullen de tribunes tot de nok met hun bonte kostuums.
Start van de openingsceremonie
Op het grasveld wordt de laatste hand gelegd aan de kleine podia. Cameramensen op grote podia testen hun apparatuur. De fanfare installeert zich. Vier reuzegrote ballonnen – groen, geel, blauw, rood – bakenen de hoeken van het terrein af.
De figuranten houden zich klaar
Kinderen in kleurrijke klederdracht installeren zich in het gras voor onze tribune. Straks zullen ze moeten optreden, maar nu werken ze als een magneet op elke toerist met een fototoestel. Tientallen fotografen liggen schouder aan schouder met hun camera’s op het bonte gezelschap gericht.
Gauw nog even bijwerken |
|
Versnaperingen te koop |
Afgeladen vol is het stadion als stipt om elf uur de openingsceremonie van start gaat. Eén voor één breken de wimpels open die onder de vier ballonnen hangen. Telkens springen een twintigtal mannen in witte tuniek tevoorschijn, terwijl de ballonnen in het zwerk verdwijnen. Uit de vier hoeken van het terrein komen nog meer mannen in oranje en witte tunieken aanrennen. Samen vormen ze oranje-witte erehagen rond het grasplein.
Het gejoel van het publiek stijgt nu ten top, want de Tumen Khishigten verschijnen op de piste. De historische elitetroepen van Dzjenghis Khan zijn dit, in blauwrode uniformen met gouden helmen. Fier dragen de eerste negen ruiters, op witte paarden gezeten, de Yöson Khölt tsagaan tug met zich mee, de witte banieren van paardenharen die de eenheid van de Mongoolse staat symboliseren. Daarachter volgen twee dozijn ruiters op zwarte paarden. Vanavond op tv zal MNB ons tonen hoe deze kostbare banieren onder politiebewaking van het parlementsgebouw doorheen de stad naar het stadion gebracht zijn.
De Tumen Khishigten met de negen witte banieren van paardenharen verschijnen op de piste
Pas als de banieren hun ereplaats op het grasplein ingenomen hebben, kunnen de spelen van start gaan. Met een ereronde verlaten de Tumen Khishigten het stadion. De toeschouwers strak in de ogen kijkend rijden ze voor het publiek langs.
De Tumen Khishigten groeten het publiek
Het volkslied weerklinkt, met z’n allen veren we recht – zo nodig porren politieagenten ons daartoe aan als dat onvoldoende spontaan gebeurt. Welke boeiende onderwerpen president Tsakhia Elbegdorj in zijn openingsspeech aansnijdt, moeten we de lezer helaas onthouden.
De jongeren rennen het plein op
Maar dan barst het feest los. Vanuit de vier hoeken van het plein komen jongeren in de meest diverse klederdrachten aanrennen. De verscheidenheid is enorm, slechts uitzonderlijk zie je twee gelijke kostuums.
In grote cirkels waaieren de mannen in witte tunieken nu over het grasveld uit. Op hun vlaggen zijn de symbolen voor vuur, aarde en maan weergegeven. In het Soyombo, uiteraard, het alfabet dat in 1686 door de Mongool Zanabazar gecreëerd is.
Steeds nieuwe golven van dansers, acrobaten en figuranten overspoelen het plein. Ritmische muziek met veel tromgeroffel en het sonore stemgeluid van keelzangers stuwt de wervelende choreografie voort. Soms klapt het publiek enthousiast mee op het ritme van de muziek. Een drone met camera cirkelt boven het spektakel en monstert ook even het westers publiek.
Imaginaire… |
|
…en echte ruiters |
Vier boze geesten rennen als wildebrassen over de piste. Zoals immer is de hoon van het publiek hun deel – een ritueel onderdeel van het spektakel. Ruiters vertonen hun kunsten met halsbrekende toeren op hun galopperende paarden.
Halsbrekende stunts |
|
Clown |
|
Lkhagvasuren valt niet van zijn paard |
Graag laten ook enkele personaliteiten zich de gunst van het publiek welgevallen. Zoals Lkhagvasuren, de leadzanger van de rockband Kharanga – al vijfentwintig jaar wereldberoemd in Mongolië en belendende percelen. Maar als hij zijn paard laat steigeren, loopt het ei zo na mis. Hij valt net niet van zijn paard – een publieke afgang die hem de risee van het jaar gemaakt zou hebben in een land waar geen man niet paardrijden kan.
Worstelaars palmen het plein in
Worstelaars maken zich klaar |
|
Worstelaars en scheidsrechters |
Ten slotte nemen de worstelaars en de boogschutters het terrein in. Na ruim een uur is het openingsspektakel ten einde. Meteen wordt alles voor het worstelen in gereedheid gebracht.
Gewichtscategorieën zijn er niet, iedereen kampt in dezelfde groep. Dat geeft de dikkerds een strategisch voordeel – probeer maar eens een kolos van 110 kg te vloeren als je zelf maar 70 kg in huis hebt.
Dikkerds hebben een strategisch voordeel bij het worstelen |
|
|
Verspreid over het grasveld stellen een veertigtal worstelaars zich twee aan twee op – telkens een dikke tegenover een dunne. Door een gecontroleerde loting wordt immers vermeden dat dikke favorieten vroegtijdig uit de wedstrijd verdwijnen. Bij elk duo ziet een scheidsrechter in rode of blauwe tuniek nauwgezet toe op het reglementair verloop van de kamp. Geen enkele dikkerd wordt in de eerste ronde gevloerd, ook al hebben sommigen het knap lastig met hun dunne tegenstander. Pas morgenavond zal de finale uitwijzen wie de winnaar is.
Boogschutters aan het werk
Even werpen we nog een blik op het boogschieten, de enige van de drie mannelijke spelen waar ook vrouwen aan mogen deelnemen. Met recurvebogen in composietmaterialen en pijlen met stompe punten mikken de boogschutters op vijftien blokjes die in een aaneengesloten rij in het zand liggen. Het middelste blokje raken is de bedoeling. Een beetje zoals bij de liggende wip, maar dan op de grond.
Beurt afwachten |
|
Recurveboog in composietmaterialen en pijlen met stompe punten |
|
De scheidsrechters houden zich griezelig dicht bij de doelwitten op
Scheidsrechters houden zich griezelig dicht bij de doelwitten op. Telkens een schutter doel treft, breken ze in enthousiast gejoel uit en steken ze de rechter duim op – in alle neutraliteit, uiteraard.
Het grasveld rond het stadion heeft zich ondertussen tot een chaotisch festivalterrein ontpopt, vol kermisattracties en behendigheidsspellen waartussen een onoverzichtelijke mensenmassa wriemelt – de perfecte biotoop voor gauwdieven. Toch slagen we er met z’n allen in om zonder ongelukken chauffeur Bagi en zijn bus te vinden. Daar heeft Batmunkh voor elk van ons een omvangrijk lunchpakket klaarliggen.
Half twee is het als we naar Khui Doloon Khudag vertrekken, de plek waar de paardenrennen gehouden worden, een kleine veertig kilometer buiten de stad. Zowat half Mongolië heeft op dit ogenblik precies dezelfde intentie, dat wordt dus een hachelijke onderneming. Maar Bagi kent een binnenweg. Onverstoorbaar wroet hij zich door putten en kuilen van een formaat dat zijns gelijke niet kent. Ondertussen proberen we de inhoud van onze lunchpakketten zonder overdreven veel te morsen naar binnen te werken.
Khui Doloon Khudag
Dat het in deze hectische toestand aan de rand van de stad tot een botsing komt, verbaast ons allerminst. Een kleine personenwagen is door een terreinwagen in de linkerflank gegrepen. De schade lijkt onherstelbaar. Beduusd zit de bestuurder van de personenauto op de grond, de handen voor het gelaat. Naadam 2013 zal hij niet zo snel vergeten.
Jak als trekdier… |
|
…en rijdier |
Iets meer dan een uur vergt het om de site van de paardenrennen te bereiken. Tientallen voertuigen staan er tegen de helling van een heuvel geparkeerd. We klimmen naar de top en kijken vandaar neer op een immens landschap. Beneden wordt een deel van het wedstrijdparcours gemarkeerd door een draadafspanning, zowat om de tien meter bewaakt door een politieagent. In de verte aan de overkant staan honderden gers, ongetwijfeld van de deelnemers aan de paardenrennen, hun familie en hun trainers. Verder naar rechts zijn tribunes opgesteld. Daar vermoeden we de eindmeet. Ze hebben er zelfs een verharde boulevard aangelegd om eettentjes en animatie een kans te geven.
Start van Ikh Nas
Wanneer wat waar te gebeuren staat, is volkomen onduidelijk. Tot zich aan de overkant een enorme stofwolk ontwikkelt. Dat zijn de ruiters die net vertrekken, weet Batmunkh. Nu is het minstens een uur wachten op hun aankomst, voegt hij er aan toe. Echt onderhoudend kan je de paardenrennen dus niet noemen – het gaat er om de tijd te doden tussen het vertrek en de aankomst van een stofwolk.
Het gaat er om de tijd te doden tussen het vertrek en de aankomst van een stofwolk
Straks zullen de ruiters een lus van ongeveer 26 km afgelegd hebben. Piepjonge ruiters zijn het, kinderen tussen 8 en 14 jaar. Om gewicht te besparen, rijden ze zonder zadel. Helmen zijn sedert kort verplicht, na een aantal ongevallen.
In tegenstelling tot bij het worstelen, worden hier wel degelijk categorieën onderscheiden. De race die wij vandaag bijwonen is Ikh Nas, met paarden van vijf jaar of ouder. Gisteren waren er races voor paarden van drie jaar en van vier jaar.
Animatie tijdens de paardenrace |
|
|
Twee op hol geslagen paarden zaaien even paniek – althans bij westerse toeristen, een Mongool kijkt daar amper van op. Druk is het voorlopig niet rond de tribunes. Wel is er in enkele vormen van animatie voorzien. Acrobaten te paard laten hun kunsten zien. Achterstevoren of ondersteboven zitten ze in het zadel, in volle draf springen ze van hun paard en er terug op, met z’n drieën vormen ze een piramide op twee dravende paarden.
Animatie tijdens de paardenrace |
|
|
Ook de traditionele krijgskunst komt aan bod. Van op een galopperend paard lanceren ze trefzeker hun pijlen, haaks op de rijrichting. Zelfs voor twee ruiters die naast elkaar galopperen, is dat een koud kunstje. De ene ruiter legt aan terwijl hij voorover op zijn paard leunt en de pijl van de andere ruiter over hem heen zoeft. Vrijwel tegelijkertijd ploffen beide pijlen op het doel. Voor een klassiek leger moet het een nachtmerrie geweest zijn als zulke bereden artillerie kwam aanzetten.
Voor een klassiek leger moet het een nachtmerrie geweest zijn als zulke bereden artillerie kwam aanzetten
|
|
Bereden artillerie |
Met jumping kunnen ze ons dan weer niet verleiden, zelfs niet als ze met z’n drieën samen over de balkjes springen. Met formatierijden evenmin. Zulke frivoliteiten zijn aan deze steppepaarden niet besteed, zoveel is duidelijk.
Terug naar de krijgskunst. Met een keffiyeh rond het hoofd gewikkeld komen enkele ruige Mongolen luidkeels te paard aangestormd. Je moet al in een spelonk leven om niet te begrijpen dat het Arabieren zijn die hier ten tonele gevoerd worden – de slechteriken van dienst dus. Verderop staan enkele Mongolen te paard hen manmoedig op te wachten – de helden van dienst dus. In geen tijd maken de Mongolen korte metten met het vijandelijke geweld, ook al zijn ze duidelijk in de minderheid. De Arabieren op hun beurt doen vooral hun best om op overtuigende wijze dood neer te zijgen. Schattig.
Toch maakt de verbluffende behendigheid van de ruiters indruk. Een Arabier stormt te paard op een Mongool af die wijdbeens in het gras staat. Nog voor we met onze ogen hebben kunnen knipperen, is het de Arabier die op de grond ligt en de Mongool die in het zadel voort galoppeert.
Dan begint het lange wachten. Anderhalf uur nadat we ze in een stofwolk hebben zien verdwijnen, is er van de ruitertjes nog geen spoor te bekennen. Soms menen we een stofwolk te ontwaren, maar de ene stofwolk is de andere niet.
De tribunes zijn tot de nok gevuld, steeds meer toeschouwers wriemelen zich voor, tussen en onder de anderen. Om de vijf meter staat een politieagent met het gezicht naar de toeschouwers om dat volkje in toom te houden. Sommigen hebben zelfs een politiehond aan de leiband. De zon is al de ganse namiddag van de partij.
Graspiste nat sproeien, want… |
|
…de ruiters zijn in aantocht |
Even voor vijf rijden twee tankwagens uit om de graspiste nat te sproeien en zo het stof in toom te houden. Voor ons is dat een teken dat er iets zit aan te komen. Dat de cameraman van MNB overeind gekomen is en achter zijn camera staat, lijkt ons ook een goed teken.
Dan stijgt er goedkeurend geroezemoes op tussen de Mongoolse toeschouwers. De stofwolk tussen de heuvels aan de einder zou dan toch de ultieme stofwolk zijn, ook al kunnen wij er niets uit opmaken. Met de verrekijker ontwaren we enkel het licht van de koplampen van de begeleidende jeeps.
Een millimeterspurt wordt het niet |
|
|
Dan duikelt op de laatste heuvelrug de leidende jeep met de Mongoolse vlag te voorschijn. Seconden later tekenen zich vier zwarte stippen af tegen de stofwolk. Al gauw zijn er dat vijf, acht, tien... De stippen worden ruiters, in een lange sliert galopperen ze ons voorbij. Hoo-hoho roepen de toeschouwers, om de ruiters aan te moedigen.
Een millimeterspurt wordt het niet. Geen enkele van de volkomen uitgeputte ruitertjes heeft nog het vermogen om zijn voorganger in te halen, hoe verbeten ook ze met hun zweepjes de flank van hun paard ranselen. De drang om te excelleren is bij deze kinderen groter dan de empathie voor hun rijdier. Zelfs de honderdste ruiter zal nog even ongenadig het zweepje hanteren om zijn positie te verbeteren.
Zelfs de honderdste ruiter zal nog even ongenadig het zweepje hanteren om zijn positie te verbeteren
Twee paarden zonder ruiter draven enthousiast met de andere mee in de richting van de eindmeet. Ook zij zullen in de officiële rangschikking opgenomen worden. Dat ze hun ruiter ergens in de steppe kwijtgespeeld zijn, komt hun echter op een sanctie te staan. In de eindstand zullen ze onverbiddelijk één plaats achteruit gezet worden. Stel je voor dat de race gewonnen zou worden door een paard zonder ruiter. Hopelijk hebben de begeleidende jeeps de onfortuinlijke ruitertjes kunnen oppikken.
|
Ook paarden zonder ruiter zullen in de officiële rangschikking opgenomen worden
Later zullen we vernemen dat 381 paarden de race voltooid hebben. Als eerste kwam Khuren Ikh Nas over de meet, een kastanjebruine hengst uit de provincie Gobi Altaj, getraind door ene Bat-Erdene. Vorig jaar won Khuren de Ikh Nas ook al, vandaar de toevoeging aan zijn naam. Welke jockey het winnend paard bereed, is kennelijk niet aan de orde.
Einde van het spektakel
De vele duizenden toeschouwers die ondertussen de heuvel bevolken, hebben nu maar één doel voor ogen – terugkeren naar Ulaanbaatar. De rijweg met tweemaal twee rijstroken wordt daarom over vier rijstroken opengesteld in de richting van Ulaanbaatar. Dat de politie zich het recht voorbehoudt om de vierde rijstrook toch nog in tegenstroom te gebruiken, is niet echt rustgevend. Waterplassen op de weg doen vermoeden dat het in de loop van de namiddag geregend heeft.
Nog hebben we niet genoeg van de Mongoolse cultuur. Na het avondmaal kuieren we naar het National Academic Drama Theatre. Daar heeft het Mongolian National Song & Dance Ensemble traditionele muziek en dans voor ons in petto.
Meteen maken we kennis met urtiin duu of het lang lied. Eén van de belangrijkste vormen van Mongoolse zang is dat. Het prijkt zelfs op de Unesco-lijst van meesterwerken van het orale en immateriële erfgoed van de mensheid, samen met pakweg het carnaval van Binche en de Heilig Bloedprocessie van Brugge.
Dat het lang lied zijn naam dankt aan het feit dat het een lang lied zou zijn, is een gangbare doch spijtige misvatting
Dat het lang lied zijn naam dankt aan het feit dat het een lang lied zou zijn, is een gangbare doch spijtige misvatting. Toegegeven, het valt niet geheel uit te sluiten dat een lang lied lang zou zijn. Toch is de essentie van het lang lied niet de lengte van het lied, maar wel de virtuositeit van de techniek die erin bestaat elke lettergreep lange tijd te rekken. Een tiental woorden kunnen ruimschoots volstaan om een lang lied van vier minuten te brengen. Een spannend verhaal levert dat niet meteen op. Een klankenspectrum waar het modale westerse oor op zit te wachten, evenmin.
Volksdans en muzikale uitvoeringen volgen elkaar op. Mongoolse versies van een xylofoon en een harp passeren de revue. Fraaie kostuums, dat wel, maar doorgaans eerder slome bedoeningen.
Een tsamdans brengt daar verandering in. Zulke dans wordt geacht het kwaad uit te drijven en voorspoed te laten neerdalen over de plaatselijke gemeenschap. Gracieus voeren tweeëntwintig danseressen in gouden tenue en met een kleine gouden pagode op het hoofd de rituele pantomimedans uit.
Contorsionisme, daar hadden we nog nooit gehoord. Nu blijkt het een van oorsprong Mongoolse kunstvorm te zijn. Prompt doet een slangenvrouw ons van de ene verbazing in de andere vallen. Haar lichaam buigt ze achterover tot haar hoofd breed glimlachend tussen haar knieën verschijnt. Haar been vouwt ze langs haar lenden omhoog tot het in haar nek hangt. Let je even niet op, dan ben je het spoor bijster over welke lichaamsdelen zich waar bevinden. Zelfs als ze met haar handen of louter met haar mond op een stok balanceert, weet ze haar kunstjes op te voeren.
Opgelucht dat de slangenvrouw heelhuids het podium kan verlaten, maken we kennis met het fascinerend stemgeluid van vier keelzangers. Overal in Centraal-Azië, maar vooral in Mongolië, is deze khöömii of boventoonzang erg ontwikkeld. Via resonanties in de mondholte wordt op de grondtoon een boventoon gegenereerd, zodat het lijkt of een extra stem weerklinkt. Ons lijkt de klankkleur van een didgeridoo niet ver weg.
Achthonderd jaar bestaat het Grand National Orchestra in principe, maar pas in 1962 werd het nieuw leven ingeblazen. Als finale wil het Mongolian National Song & Dance Ensemble daarmee uitpakken, in een bezetting van een zestigtal muzikanten.
De morin khuur wordt ons voorgesteld, de typische vedel met slechts twee snaren van paardenhaar, zowat het symbool van de Mongoolse natie. De dikke snaar hoort 130 haren van een hengst te bevatten, de dunne 105 haren van een merrie.
In feite maakt het orkest hier een statement tegenover zijn publiek
Het orkest speelt enkele Mongoolse composities, maar ook het Ave Maria van Bach en Gounod, en een mazurka van Strauss. In feite maakt het orkest hier een statement tegenover zijn publiek – Kijk niet te snel neer op onze vedels en onze luiten, onze harpen en onze hoorns. Onze muziek is niet minderwaardig, onze muziek is gewoon anders dan wat de westerling vertrouwd in de oren klinkt.
Met een goed gevoel kuieren we terug naar het hotel. Omstreeks 23 uur zet vuurwerk boven de stad de kroon op een schitterende dag.
Jaak Palmans
© 2013, 2017 | Versie 2021-11-01 20:36